4. Druk [*] om de overbruggingsstand te verlaten.
5. Bij gebruik van een LED- of ICN-serie toetsenbord, licht x op en de nummers
van de overbrugde zones worden weergegeven. Als het systeem gereed is om
te worden ingeschakeld, brandt het
inschakelen van het systeem wordt het volgende bericht kort weergegeven.
Om de vorige overbrugde zones op te roepen
1.
Druk op [*] om naar het functiemenu te gaan.
2. Druk op [*] of [1]. Indien nodig voert u uw toegangscode in of presenteert u uw
nabijheidslabel.
3. Druk op [9][9][9] of blader naar onderdrukkingsopties d.m.v. de
en druk op [*]. Scrol naar Her oproepen overbrugging en druk [*].
4. Druk [*] om de overbruggingsstand te verlaten.
5. Bij gebruik van een LED- of ICN-serie toetsenbord, licht x op en de nummers
van de overbrugde zones worden weergegeven. Als het systeem gereed is om
te worden ingeschakeld, brandt het
inschakelen van het systeem wordt het volgende bericht kort weergegeven.
Om de onderdrukkingsindicatie te wissen van alle zones
1.
Druk op [*] om naar het functiemenu te gaan.
2. Druk op [*] of [1]. Indien nodig voert u uw toegangscode in of presenteert u uw
nabijheidslabel.
3. Druk op [0][0][0] of blader naar wissen d.m.v. de
Alle overbrugde zones zijn nu open.
4. Druk [*] om de overbruggingsstand te verlaten.
indicatielampje Gereed. Bij het
indicatielampje Gereed. Bij het
toetsen en druk op [*].
toetsen
10