Inhoudsopgave
Advertenties
2.4.11 PROEFBELASTINGEN VAN DE ANKERPUNTEN
2.4.11.1
Als een proefbelasting nodig is volgens paragraaf
2.4.11.2, moet die op de plaats van gebruik worden
verricht.
2.4.11.2
Voor het uitvoeren van proefbelastingen moet geschikte
testapparatuur worden gebruikt.
Geschikte testapparatuur is apparatuur die getest is
door de technische commissie "Bouw" van het
hoofdkantoor voor ongevalspreventie en
bedrijfsgeneeskunde (ZefU) van de bedrijfsvereniging
voor de wettelijke ongevallenverzekering.
2.4.11.3
De te testen verankeringspunten moeten worden
bepaald door een bevoegde deskundige.
Een deskundige is iemand die op grond van zijn
specifieke opleiding en ervaring voldoende kennis bezit
van steigerbouw en de relevante voorschriften en
wetgeving op het gebied van gezondheid, veiligheid en
ongevalspreventie op het werk en van de algemeen
aanvaarde technische richtlijnen en normen (zoals
DIN-normen), zodat hij in staat is de veiligheid van
steigerverankeringen te beoordelen.
Proefbelasting en beoordeling van de resultaten
mag alleen plaatsvinden onder leiding van een
vakkundige werknemer!
SL GEBRUIKSAANWIJZING
2.4.11.4
De proefbelastingen dienen te worden uitgevoerd met
inachtneming van de volgende criteria:
ƒ De proefbelasting moet 1,2 x de vereiste ankerkracht
F bedragen volgens tabel 2 en paragraaf 2.5.
ƒ De proef moet bij een verankeringsondergrond van
• beton ten minste 20 %
• bij andere bouwmaterialen ten minste 40 %
van alle gebruikte ankers, maar in ieder geval 5
proefbelastingen omvatten.
2.4.11.5
Als een of meer bevestigingselementen de belasting niet
opnemen, moet de deskundige:
ƒ de oorzaak daarvan vaststellen
ƒ een vervangende bevestiging verschaffen, en
ƒ de proef zo nodig uitbreiden.
2.4.11.6
De testresultaten moeten schriftelijk worden vastgelegd
en worden bewaard zolang de steiger in gebruik is.
21
Advertenties
Inhoudsopgave
