Na bevestiging rust de montageleuning op de bovenkant
van de leuning. (Figuur 10).
Voor het eerste montageniveau wordt de leuning met de
ringen over de haak aan het bovenste uiteinde van de
stijl geschoven. De leuning blijft daar zitten zolang de
montageleuning wordt gebruikt. De montageleuning
wordt met behulp van de stijlen steeds een niveau hoger
bevestigd. De leuning is uitschuifbaar en kan dus van
lengte veranderen tijdens de opwaartse verplaatsing.
(zie figuur 8).
SL GEBRUIKSAANWIJZING
FIGUUR 10:
De stijl bevestigen
FIGUUR 11:
Handmatig transport
van steigeronderdelen
2.4.3.3 De steiger opbouwen
Na betreding van het bovenste niveau en sluiting van het
passageluik, worden eerst de twee verticale frames en
de leuning en middenleuning in het toegangsvak
aangebracht. Bij handmatig verticaal transport (figuur
11) wordt het volgende frame hier aangepakt en in het
volgende vak geplaatst (figuur 12). Gelijk daarna moet de
leuning in het nog onbeveiligde vak worden geplaatst. Ga
voor elk volgende vak op dezelfde manier te werk tot
het steigerniveau voltooid is. Aan de uiteinden moeten
kopleuningen worden aangebracht. Alle andere
onderdelen, zoals diagonalen, middenleuningen,
kantplanken en vloeren van het bovenliggende niveau,
kunnen hierna worden aangebracht.
Personeel dat onbeveiligde zones betreedt, moet
persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken (zie
2.4.3.4).
Bij gebruik van een materiaallift moeten het liftvak en
het klimvak naast elkaar geplaatst worden. De steiger
kan dan worden opgebouwd zoals hiervoor beschreven.
Bij het verlaten van de zone die met leuningen
beveiligd is, bestaat een verhoogd valgevaar!
FIGUUR 12:
Plaatsing van de
verticale frames
15