Algemene voorzorgsmaatregelen en waarschuwingen
OUDERLIJK TOEZICHT
Kinderen moet worden geleerd dat ze geen onderdelen van het MED-EL Cochle-
aire implantaatsysteem in de mond nemen of er mee spelen. Het inslikken van
systeemonderdelen kan verstikking of inwendig letsel tot gevolg hebben.
Uw audioprocessor water- en stofbestendig houden
De audioprocessor is getest in een gecontroleerde omgeving en is water- en stofbestendig
in specifieke situaties. Het apparaat voldoet aan de eisen van het beschermingsniveau
68 tegen binnendringing (IP68) zoals beschreven in de internationale norm IEC 60529 –
beschermingsgraden van behuizingen (IP- code) op 1 m gedurende 60 minuten in stil-
staand, schoon water wanneer het afdekplaatje correct is bevestigd en het kapje van de
stekkerbus is gesloten. Houd u aan de volgende instructies om de audioprocessor water-
en stofbestendig te houden. Binnendringend water en stof kunnen de audioprocessor
beschadigen.
•
Dompel de audioprocessor niet onder in water dat dieper is dan 1 meter gedurende
meer dan 60 minuten.
•
Stel de audioprocessor niet bloot aan bewegend water.
•
Als de audioprocessor is blootgesteld aan water, moet u deze uitschakelen en goed
afdrogen met een zachte, absorberende doek. Verwijder vervolgens het afdekplaatje
en wrijf alle onderdelen voorzichtig droog met een zachte, absorberende doek.
•
Als de audioprocessor is ondergedompeld in water en de microfoonopeningen nat
zijn geworden, hoort u mogelijk slechter door water voor de microfoons. Verwijder
het kapje nadat u de audioprocessor zoals hierboven beschreven hebt gedroogd.
Schud het water voorzichtig uit de microfoonopeningen. U kunt het afdekplaatje ook
een aantal uren laten drogen voordat u het weer gebruikt. Als het geluid nog steeds
vervormd is, moet u het afdekplaatje vervangen.
OPMERKING: U moet de juiste maatregelen treffen die door MED-EL worden aanbevo-
len om uw audioprocessor te beschermen tijdens activiteiten in het water.
Technologie in het dagelijks leven
Metaaldetectoren en andere RF-uitzenders
Metaaldetectoren, sommige antidiefstalapparaten en andere RF-uitzenders kunnen
geluiden voortbrengen die de implantaatgebruiker, wanneer hij zich in de buurt bevindt,
kan horen. Om dit te vermijden zet u uw audioprocessor af wanneer u door een metaalde-
tector loopt of wanneer u zich in de buurt van RF-uitzenders bevindt.
Als een audioprocessorkaart wordt aangetast, kan deze makkelijk worden geherpro-
grammeerd in de kliniek of door een klinisch technicus. Als uw audioprocessor meer dan
1 programma omvat, kunt u gewoonlijk in de tussentijd een van de andere programma's
gebruiken.
32