Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Wilo DDI-I Inbouw- En Bedieningsvoorschriften pagina 69

Inhoudsopgave

Advertenties

Code
Type Storing
3003
A/B
Temp. Sensor 2 Trip
3004
A/B
Temp. Sensor 3 Trip
3005
A/B
Temp. Sensor 4 Trip
3006
A/B
Temp. Sensor 5 Trip
3007
A/B
Motor Overload
3007
A/B
Motor Overload
3008
A/B
Motor Overtemp.
4000
C
High Water Detected
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo DDI-I • Ed.03/2023-06
Oorzaak
Temperatuurgrenswaarde wikkeling
bereikt
Temperatuurgrenswaarde wikkeling
bereikt
Temperatuurgrenswaarde lagers
bereikt
Temperatuurgrenswaarde lagers
bereikt
Draaimomentgrenswaarde bereikt
Overstroom
Thermische motorbewaking is ge-
activeerd.
Vulniveau in het reservoir heeft een
kritisch niveau bereikt.
Verhelpen
Motor op overlast controleren.
Motorkoeling controleren.
Temperatuurgrenswaarden in Digital Data Interface
controleren en indien nodig aanpassen.
Motor op overlast controleren.
Motorkoeling controleren.
Temperatuurgrenswaarden in Digital Data Interface
controleren en indien nodig aanpassen.
Bij droge opstelling: Omgevingstemperatuur con-
troleren, max. waarde aanhouden.
Temperatuurgrenswaarden in Digital Data Interface
controleren en indien nodig aanpassen.
Bij droge opstelling: Omgevingstemperatuur con-
troleren, max. waarde aanhouden.
Temperatuurgrenswaarden in Digital Data Interface
controleren en indien nodig aanpassen.
Als het systeem de motorische draaimomentgrens-
waarde tijdens de acceleratiehelling overschrijdt,
tijd voor de acceleratiehelling verlengen.
Als het systeem de generatorische draaimoment-
grenswaarde tijdens de remhelling overschrijdt, tijd
voor de remhelling verlengen.
Verhoog, als de draaimomentgrenswaarde in bedrijf
wordt bereikt, de draaimomentgrenswaarde. Zorg
ervoor dat het systeem met het hogere draaimo-
ment kan worden gebruikt, neem indien nodig con-
tact op met de servicedienst.
Stroomverbruik van de motor te hoog, gebruiksom-
standigheden controleren.
Koppel de motor los van de netaansluiting en draai
de as met de hand. Als de as niet gedraaid kan wor-
den, informeer dan de servicedienst.
Dimensionering motorvermogen/frequentieomvor-
mer controleren. Als het motorvermogen te hoog is,
neem dan contact op met de servicedienst.
Parameters 1-20 tot 1-25 in de frequentieomvor-
mer op correcte motorgegevens controleren en
eventueel aanpassen.
Motor oververhit, koeling en gebruiksomstandighe-
den controleren.
Motor op mechanische overbelasting controleren.
Aansluiting van de thermische motorbewaking
controleren (frequentieomvormer: klem 33 en klem
50 (+10 VDC).
Als een thermoschakelaar of thermistor wordt ge-
bruikt, controleer dan parameter 1-93 "Thermistor
Source" in de frequentieomvormer: De waarde
moet overeenkomen met de bedrading van de sen-
sor.
Installatie controleren. (bijv. toevoer, afvoer, ni-
veau-instellingen).
Instellingen voor de digitale ingang controleren.
nl
69

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave