Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos PICO-Z
Storingen, oorzaken en oplossingen
Storingen
Pomp draait, geen circula-
tie.
Pomp maakt geluiden.
Pomp maakt geluiden.
De pomp bereikt de inge-
stelde minimumtempera-
tuur niet.
De pomp bereikt de inge-
stelde minimumtempera-
tuur niet.
De pomp bereikt de inge-
stelde minimumtempera-
tuur niet.
De pomp bereikt de inge-
stelde minimumtempera-
tuur niet.
Display toont een werkelij-
ke temperatuur die veel
hoger is dan de ingestelde
minimumtemperatuur.
Display toont een werkelij-
ke temperatuur die veel
hoger is dan de ingestelde
minimumtemperatuur.
De pomp houdt de inge-
stelde minimale doorstro-
ming niet in stand.
De pomp houdt de inge-
stelde minimale doorstro-
ming niet in stand.
De pomp houdt de inge-
stelde minimale doorstro-
ming niet in stand.
De pomp houdt de inge-
stelde minimale doorstro-
ming niet in stand.
De pomp herkent de ther-
mische desinfectie niet.
Oorzaken
Circulatieleiding niet ge-
vuld/niet ontlucht.
Cavitatie door onvoldoende
toevoerdruk.
Cavitatie door onvoldoende
toevoerdruk.
Boilertemperatuur te laag.
Tapkranen geopend.
Er stroomt koud water in de
circulatieleiding.
Te hoge warmteverliezen
door onvoldoende geïso-
leerde leidingen.
De temperatuur van de
warmte-opwekker is ver-
geleken met de ingestelde
minimumtemperatuur op
de pomp te hoog.
De ingestelde minimale
doorstroming heeft voor-
rang op de ingestelde mini-
mumtemperatuur en voor-
komt dat de pomp langza-
mer draait.
De leiding is deels of com-
pleet geblokkeerd.
Leiding te klein.
Tapkranen geopend.
Er stroomt koud water in de
circulatieleiding.
Leerfase van de pomp (on-
onderbroken 24 bedrijfsu-
ren) is niet in acht geno-
men.
nl
Oplossing
Circulatieleiding vullen en
ontluchten.
Systeemdruk binnen het
toegestane bereik verho-
gen.
Instelling opvoerhoogte
controleren en indien nodig
lager instellen.
Boilertemperatuur contro-
leren en eventueel verho-
gen.
Tapkranen sluiten en con-
troleren of de pomp dan de
minimumtemperatuur be-
reikt.
Terugslagkleppen installe-
ren.
Leiding isoleren of warm-
te-isolatie controleren.
Instellingen van de warm-
te-opwekker en van de
pomp aanpassen.
Ingestelde minimale door-
stroming controleren.
Ventielen in de leiding
openen.
Leiding opnieuw dimensio-
neren.
Tapkranen sluiten en con-
troleren of de pomp dan de
minimale doorstroming be-
reikt.
Terugslagkleppen installe-
ren.
Thermische desinfectie ac-
tiveren en de leerfase in
acht nemen.
21