Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

EDIT menu parameters
4

Tuning

1. Fine Tune
Deze parameter verandert de toonhoogte van de sound in fijne
stappen.
3. Temperament
Hier legt u de temperatuur van de stemming voor de gekozen
sound vast.
* Details m.b.t. het genereren van eigen temperaturen vindt u op pag. 105.
 Temperatuur types
Temperatuur type
Equal Temperament
(Equal)
Pure Temperament
(Pure Maj./Pure Min.)
Pythagorean Temperament
(Pythagorean)
Meantone Temperament
(Meantone)
Werkmeister III Temperament
(Werkmeis)
Kirnberger III Temperament
(Kirnberg)
User Temperament
(Sys.User1/2)
* Lees voor informatie over het opstellen van User Temperaments de User Edit explicaties in het hoofdstuk SYSTEM menu (pag. 105).
44
(PIANO, E.PIANO, SUB)
: –64 ~ +63
waarde
7
+ 2
types
user
Beschrijving
Dit is de standaardinstelling. Wanneer een pianoklank is gekozen, wordt automatisch deze
gelijkzwevende getempereerde stemming gekozen.
Deze stemming wordt vanwege haar zuiverheid graag voor koormuziek gebruikt. Wanneer u in
MAJEUR speelt, kiest u deze temperatuur „Pure Major". Speelt u in MINEUR, kiest u „Pure Minor".
* De toonsoort van deze temperering moet correct worden ingesteld.
Bij deze temperatuur worden mathematische verhoudingen ingezet om de dissonanten bij kwinten
te verwijderen. Dit leidt bij akkoorden tot problemen, maar er kunnen fraaie melodieën worden
gespeeld.
Hier wordt een middentoon tussen een hele en een halve toon gebruikt om dissonanten bij tertsen te
verwijderen. Daarbij worden akkoorden geproduceerd die beter klinken dan bij de gelijkzwevende
temperatuur.
Deze beide temperaturen liggen tussen de middentoons en de stemming van Pythagoras.
Bij toonsoorten met weinig voortekens leveren ze de fraai klinkende akkoorden van de
middentoonsstemming, maar dan neemt het aantal dissonanten bij meer voortekens toe, zodat dan
de attractieve melodieën van de stemming van Pythagoras mogelijk worden. Beide temperaturen
zijn door hun bijzondere eigenschappen het beste voor barokmuziek geschikt.
U kunt uw eigen stemming door het veranderen van de toonhoogte van iedere halve toon binnen
een octaaf zelf bepalen.
2. Stretch Tuning
Stel hiermee de sterkte van de spreiding van de stemming in.
Het menselijk gehoor herkent hoge en lage frequenties iets minder
exact dan de middentonen. Daarom worden de bassen iets lager en
de discant iets hoger gestemd.
4. Key of Temperament
Stel hiermee de toonsoort voor de gekozen temperatuur in.
Bij sommige stemmingen, bijv. zuivere stemmingen, is dit nodig.
* Deze parameter verandert niet de hele stemming in vorm van een
transpositie, maar alleen de verhoudingen van de noten binnen een octaaf.
9
types
: c ~ B
Bereik

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave