2
Draai de selectieknop om [DIAL
NUMBER] te selecteren, en druk deze in.
3
Draai de selectieknop om het
telefoonnummer in te voeren, en
selecteer als laatste [ ] (spatie), druk
vervolgens op ENTER*.
Het gesprek wordt gestart.
* Om de digitale aanduiding te veranderen, druk op
/
.
Opmerking
[_] verschijnt op het scherm in plaats van [#].
Door nummerherhaling
1
Druk op
.
Wanneer twee mobiele telefoons met het
toestel zijn verbonden, draait u aan de
selectieknop om één van de twee te
selecteren, en drukt u deze vervolgens in.
2
Draai de selectieknop om [REDIAL] te
selecteren, en druk deze in.
Het gesprek wordt gestart.
Door stemtags
U kunt een telefoongesprek maken door de
stemtag uit te spreken die is opgeslagen op een
verbonden mobiele telefoon die een belfunctie
heeft.
1
Druk op
.
Wanneer twee mobiele telefoons met het
toestel zijn verbonden, draait u aan de
selectieknop om één van de twee te
selecteren, en drukt u deze vervolgens in.
2
Draai de selectieknop om [VOICE DIAL]
te selecteren, en druk deze in.
Of druk op VOICE.
3
Spreek de stemtag uit die op de mobiele
telefoon is opgeslagen.
Uw stem wordt herkend en het gesprek komt
tot stand.
Het bellen via stemherkenning stoppen
Druk op VOICE.
Beschikbare handeling tijdens
een telefoongesprek
Het volume van de beltoon aanpassen
Draai aan de selectieknop tijdens een
binnenkomend gesprek.
Het stemvolume van de spreker aanpassen
Draai aan de selectieknop tijdens een
telefoongesprek.
Het volume van de ander aanpassen
(Mic gain aanpassing)
Druk op MIC.
Aanpasbare volumeniveau's: [MIC GAIN LOW],
[MIC GAIN MID], [MIC GAIN HI].
Echo en ruis reduceren (modus voor echo-/
ruisonderdrukking)
Houd MIC ingedrukt.
Instelbare modus: [BTP EC/NC 1], [BTP EC/NC 2].
Wisselen tussen handsfree en met de hand
bellen
Tijdens een telefoongesprek drukt u op
/A.ME to om de audio van het telefoongesprek te
wisselen tussen het toestel en de mobiele
telefoon.
Opmerking
Afhankelijk van de mobiele telefoon, is deze functie
mogelijk niet beschikbaar.
19
-NL