5. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting)
•
Als u na het scherpstellen op een onderwerp in-/uitzoomt, kan de nauwkeurigheid van het
brandpunt verloren gaan. Stel het brandpunt in dat geval opnieuw in.
•
Wanneer de Focusmodus op [AFF] of [AFC] gezet is.
–
Er zal een piep te horen zijn wanneer de scherpstelling voor het eerst verkregen wordt tijdens
het half indrukken.
–
Wanneer de AF-functie ingesteld is op [
verkregen wordt tijdelijk afgebeeld kunnen worden tijdens het half indrukken.
Onderwerpen en opname-omstandigheden waarbij het scherpstellen moeilijk
is
•
Snelbewegende onderwerpen, extreem helderen onderwerpen of onderwerpen zonder
contrast.
•
Wanneer u onderwerpen opneemt door ramen of in de buurt van glimmende voorwerpen.
•
Wanneer het donker is of wanneer er zich beeldbibber voordoet.
•
Wanneer het toestel zich te dicht bij het onderwerp bevindt of wanneer u een beeld maakt
van zowel onderwerpen ver weg als onderwerpen dichtbij.
], zou de eerste AF-zone waar de scherpstelling op
138