e.
De zuigleiding is onvoldoende ondergedompeld in de vloeistof, waardoor er lucht
in de zuigleiding komt. De naald van de vaccuummeter trilt..
f.
De viscositeit van de vloeistof is te hoog. De naald van de vacuummeter slaat
maximaal uit. Metaalachtig lawaai van cavitatie. Verminder de viscositeit van de
vloeistof d.m.v. verwarming of door de diameter van de zuigleiding te vergroten.
g.
Buitensporige zuighoogte of buitensporige wrijvingsverliezen in de zuigleiding. De
uitlezing van de naald van de vacuummeter is maximaal. Geluid van cavitatie.
Verminder de statische zuighoogte en maak de zuigleiding zo kort mogelijk, en
verminder onnodige kleppen, bochten en externe vernauwingen.
h.
Losgekomen stopbuspakking of beschadigde mechanische dichting. Vervang of
draai de stopbuspakking aan, of vervang de mechanische dichting. Dit fenomeen
komt veelvuldig voor wanneer het drukverschil tussen de zuig- en perskant
negatief is.
i.
Buitensporige slijtage van de interne onderdelen. (cfr. 6.2)
5.3.
Buitensporig lawaai
a. De zuigleiding is verstopt. De aflezing op de vacuummeter slaat maximaal uit. Spoor de
verstopping op en maak deze vrij.
b. De filter is verstopt. Kijk dit na en reinig deze.
c. De draaisnelheid is te hoog t.o.v. de viscositeit van de vloeistof. Verminder de
viscositeit door deze op te warmen. Vergroot de diameter in de zuigleiding. Vervang de
polies of de overbrengingsverhouding van de reductor. Verminder het toerental.
5.4.
Overbalasting van de motor
a. Kleppen zijn gedeeltelijk gesloten in de persleiding. De uitlezing op de drukmeter is
hoog. Controleer alle kleppen.
b. De persleiding is verstopt of de diameter is te klein, de uitlezing op de drukmeter is
hoog. Spoor de verstopping op en maak deze vrij.
c. De stopbuspakking is te hard aangedraaid. De as en de behuizing van de
stopbuspakking zijn oververhit. Draai de moeren iets losser.(cfr. 4.1)
d. De vloeistof heeft een hogere viscositeit of het soortelijk gewicht dan uiteindelijk
gekozen was voor de pomp. Verhoog de vloeistoftemperatuur, verminder het
toerental, vergroot de diameter van de persleiding of installeer een motor met meer
vermogen.
e. De asbus of "idler-bus" hebben de neiging om in te lopen en doen de pomp stoppen.
Het achterdeksel en de "idler-pin" zijn extreem oververhit. Schuur de as en pin
opnieuw op en boor de bussen uit om grotere speling toe te laten.
5.5
Buitensporige slijtage
a. De vloeistof bevat deeltjes met een diameter die groter is dan 0.5 -1mm. Plaats een
filter in de zuigleiding.
De vloeistof bevat abrasieve onzuiverheden. Verlaag het toerental. Verlaag het
toerental tot 1/3 van het gekozen toerental voor abrasieve vloeistoffen.
www.bedu.eu