Hoofdstuk Onderhoud
Mast, vorkenbord, hefkettingen en
hulpstukken
Controleren,
–
smeren
1. Bedien de hendels voor heffen, kantelen en
hulpstukken. Let op ongewone geluiden. Let op
ongewone geluiden, die op een mogelijke
storing kunnen wijzen.
2. Controleer het vorkenbord en het ladingrek op
losse bouten en moeren. Verwijder vuil van de
slede en de mast.
3. Controleer de vorken en hulpstukken op hun
goede staat en werking. Laat indien nodig
reparaties uitvoeren.
4. Smeer alle schakels van de ketting met een
dunne oliefilm.
5. Laat de slede enkele malen omhoog en naar
beneden gaan om de smering in de schakels te
laten inwerken.
De hefkettingen moeten vaker dan gewoonlijk
worden gesmeerd, indien de heftruck wordt
gebruikt
met
bedrijfsomstandigheden die versnelde corrosie
veroorzaken.
6. Controleer de kettingankers en de afzonderlijke
schakels op slijtage, losse pennen of verbogen
bladen.
LET OP: aat zo nodig alle reparaties en afstellingen
uitvoeren.
116
ATTENTIE
korte
hefcycli
of
onder