Bewaar geen blikjes en flessen in
de vrieskast die koolzuurhoudende
dranken bevatten of vloeistoffen die
kunnen bevriezen.
De blikjes en flessen kunnen in dat ge-
val uit elkaar springen, u zou zich kun-
nen verwonden en er zou schade kun-
nen ontstaan.
Haal flessen die u in de vrieskast
hebt gelegd om snel te koelen er
na maximaal één uur weer uit.
Doet u dat niet, dan kunnen ze uit el-
kaar springen, zou u zich kunnen ver-
wonden en zou er schade kunnen ont-
staan.
Wanneer u levensmiddelen eet die
te lang zijn bewaard, loopt u het ri-
sico voedselvergiftiging op te doen.
De bewaartijd hangt van vele factoren
af, zoals de versheid en kwaliteit van de
levensmiddelen en de temperatuur
waarop ze worden bewaard.
Neem de bewaartips van de levensmid-
delenfabrikanten in acht en houd in de
gaten tot welke datum de levensmid-
delen uiterlijk houdbaar zijn.
Gebruik geen scherpe voorwerpen
om
– rijp- en ijslagen te verwijderen
– en vastgevroren ijsbakjes en/of
vastgevroren levensmiddelen los te
wrikken.
Doet u dat wel, dan beschadigt u de
vriesplaten en functioneert de vrieskast
niet meer.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Plaats wanneer u wilt ontdooien
nooit elektrische verwarmingsap-
paraten of kaarsen in de vrieskast.
Doet u dat wel, dan raakt het kunststof
beschadigd.
Gebruik geen ontdooisprays of an-
dere middelen om te ontdooien.
Deze kunnen explosieve gassen vor-
men, ze kunnen oplosmiddelen of drijf-
gassen bevatten die het kunststof be-
schadigen of ze kunnen schadelijk zijn
voor de gezondheid.
Behandel de deurdichting niet met
olie of vet.
Doet u dat wel, dan worden de deur-
dichtingen in de loop van de tijd po-
reus.
Sluit de luchttoevoeropening in de
sokkel en de luchtafvoeropening
boven in de kastombouw niet af.
Wanneer deze roosters geblokkeerd
zijn kan er geen goede luchtgeleiding
plaatsvinden, waardoor het stroomver-
bruik stijgt en bepaalde onderdelen van
de vrieskast kunnen beschadigen.
De vrieskast is geconstrueerd voor
een bepaalde klimaatklasse. Een
klimaatklasse is een kamertemperatuur-
bereik waarbinnen de temperatuur zich
moet bewegen en waar deze niet bo-
ven of onder mag liggen.
De klimaatklasse van uw vrieskast staat
aangegeven op het typeplaatje aan de
binnenkant van uw apparaat.
Een te lage temperatuur heeft tot ge-
volg dat de vrieskast voor langere tijd
afslaat zodat het apparaat de vereiste
temperatuur niet kan aanhouden.
9