9. Storingen van het product opsporen
GEVAAR
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
- Schakel de voedingsspanning uit voordat u gaat
werken aan het product. U dient er zeker van te
zijn dat de voedingsspanning niet per ongeluk kan
worden ingeschakeld.
LET OP
Systeem onder druk
Licht of middelzwaar persoonlijk letsel
- Voordat u pomp demonteert, tapt u het systeem
af of sluit u de afsluitkleppen aan beide zijden
van de pomp. De te verpompen vloeistof kan
kokend heet zijn en onder hoge druk staan.
Storing
Bedieningspaneel
1. De pomp werkt niet.
Licht uit.
Afwisselend "- -" en "E 1". a) De rotor is geblokkeerd.
Afwisselend "- -" en "E 2". a) Voedingsspanning te laag.
Afwisselend "- -" en "E 3". a) Elektrische storing.
Afwisselend "- -" en "E 4". a) Droogloopbeveiliging.
2. Geluid in het
Er wordt geen waarschu-
systeem.
wing weergegeven op het
display.
3. Geluid in de pomp.
Er wordt geen waarschu-
wing weergegeven op het
display.
4. Onvoldoende
Er wordt geen waarschu-
warmte.
wing weergegeven op het
display.
Oorzaak
a) Een zekering in de installatie is
gesprongen.
b) De stroom- of spanningsbeveiliging
heeft de installatie uitgeschakeld.
c) De pomp is defect.
a) Lucht in het systeem.
b) Het debiet is te hoog.
a) Lucht in de pomp.
b) De voordruk is te laag.
a) De pompcapaciteit is te laag.
Oplossing
Vervang de zekering.
Schakel de beveiliging weer in.
Vervang de pomp.
Verwijder het vuil.
Zorg dat de voedingsspanning bin-
nen het gestelde bereik valt.
Vervang de pomp.
Controleer of zich voldoende vloei-
stof in het leidingsysteem bevindt.
Reset de waarschuwing door op een
willekeurige toets te drukken of door
de voeding uit te schakelen.
Ontlucht het systeem.
Zie paragraaf
5.4 Het verwarmingssy-
steem
ontluchten.
Verminder de opvoerhoogte.
Laat de pomp werken. De pomp zal
zichzelf ontluchten.
Zie paragraaf
5.3 De pomp ontluch-
ten.
Verhoog de voordruk of controleer of
het luchtvolume in het expansievat
(indien aanwezig) voldoende is.
Verhoog de opvoerhoogte.
21