I
NSTALLATIE
nl
nl-20
2.5.5 Ventilatiekanalen monteren (accessoires)
Indien het toestel wordt gebruikt voor ventilatie, kunt u
optioneel een ventilatiekanaal monteren.
1. Plaats het kanaaldeel 1 over de flens 2 van het toestel of
de kleppensectie.
2. Bevestig het kanaaldeel aan de flens met 12 schroeven.
2.5.6 Het toestel aan de dakkap verbinden
Let op:
c
Het toestel kan niet aan de dakkap hangen. Er moet
altijd gebruik worden gemaakt van een ophangcon-
structie, zoals bijvoorbeeld het ophangframe.
1. Ga na op welke hoogte het toestel moet hangen en beves-
tig zonodig een kanaalstuk van de juiste lengte aan de dak-
kap.
2. Breng het toestel op hoogte, zodat de flens 1 binnen de
rand van de dakkap 2 komt.
3. Schroef de dakkap vast aan de flens met 12 schroeven.
Zie ook:
2.4
"De dakkap monteren (accessoire)", pagina 16
L
UCHTVERWARMER