3.12.2. Current Limit (Stroombegrenzing)
Door middel van de functie voor stroombegrenzing kan het stroomverbruik van het systeem geregeld worden door de
verbruikte stroom naar onder een specifieke limiet te brengen. Om de functie Stroombegrenzing te activeren, kan de
gebruiker een Setpoint stroombegrenzing instellen dat lager is dan de Standaardwaarde, die is gedefinieerd via de HMI-
of BAS-communicatie. De stroomlimiet gebruikt een dode zone rond de feitelijke limietwaarde, zodat de toename van de
capaciteit van de unit niet is toegestaan in deze dode zone. Als de unit-stroom boven de dode zone komt, wordt de
capaciteit verminderd totdat deze zich weer binnen de dode zone bevindt. De dode zone van de stroomlimiet is 5% van
de stroomlimiet. Het Setpoint stroombegrenzing is toegankelijk via de HMI, in het menu [18] Energiebesparing, parameter
01 (zie de vorige paragraaf).
Alle informatie over deze functie wordt vermeld in hetMain Menu → View/Set Unit → Power Conservation →
Current Limit pagina in de HMI-webinterface.
3.12.3. Setpoint Reset (Reset Setpoint)
De functie "Reset Setpoint" kan het actieve setpoint van de gekoelde watertemperatuur te omzeilen wanneer zich bepaalde
omstandigheden voordoen. Het doel van deze functie is de beperking van het energieverbruik van het systeem met de
handhaving van een gelijk comfortniveau. Hiervoor zijn er drie verschillende besturingsstrategieën beschikbaar:
•
Setpoint Reset by Outside Air Temperature (OAT) (Reset Setpoint door Buitenluchttemperatuur (OAT)
•
Setpoint Reset by an external signal (0-10V) (Reset Setpoint door een extern signaal (0-10V)
•
Setpoint Reset by Evaporator ΔT (EWT) (Reset Setpoint door verdamper ΔT (EWT)
Ga voor de instelling van de gewenste strategie voor de reset van het setpoint naar parametergroepnummer [20] "Reset
Setpoint" volgens de onderstaande tabel:
Menu
Parameter
20
00
(Reset Type)
Het pad in de HMI-webinterface om de gewenste strategie in te stellen is "Main Menu -> Commission Unit ->
Configuration
-> Options" en wijzig de parameter (Reset Setpoint)Setpoint Reset parameter.
Parameter
Bereik
LWT Reset
No
0-10V
DT
OAT
Elke strategie moet geconfigureerd worden (ook al is er een standaardconfiguratie beschikbaar) en de parameters kunnen
worden ingesteld via het "Main Menu -> View/Set Unit -> Power Conservation -> Setpoint Reset" i het
HMI-webinterface.
Denk eraan dat de parameters van een specifieke strategie pas beschikbaar zijn nadat de Reset
Setpoint is ingesteld op een specifieke waarde en de regeleenheid opnieuw is gestart.
3.12.3.1. Setpoint Reset by OAT (Reset Setpoint door OAT)
Wanneer als Setpoint Reset de optie OAT wordt geselecteerd, wordt het actieve setpoint LWT (AS) berekend met de
toepassing van een correctie van het basissetpoint, afhankelijk van de omgevingstemperatuur (OAT) en van de huidige
bedrijfsmodus van het systeem (modus Verwarmen of Koelen). Er kunnen verschillende parameters worden
geconfigureerd, en deze zijn toegankelijk via het menu Setpoint Reset, ga naar parametergroepnummer [20] "Reset
Setpoint, volgens de volgende tabel:
Menu
Parameter
20
01
(Max Reset)
03
(Max Reset
Cooling)
04
(Start Reset
Cooling)
05
Bereik
Beschrijving
0-3
0 = No
1 = 0-10V
2 = DT
3 = OAT
Beschrijving
Reset setpoint niet geactiveerd
Reset setpoint geactiveerd door een extern signaal tussen 0 en 10V
Reset setpoint geactiveerd door Watertemperatuur Verdamper
Reset Setpoint geactiveerd door Buitenluchttemperatuur
Bereik
Beschrijving
0..10 [°C]
Max
Reset
temperatuurwijziging die door de selectie van de Reset Setpoint-
logica veroorzaakt wordt op de LWT.
10..30
Max Reset mogelijk voor het ELWT Setpoint in de Koelmodus.
[°C]
Vertegenwoordigt de "drempelwaarde temperatuur" van de OAT
10..30
[°C]
voor de activering van het reset LWT-setpoint, in koelmodus,
d.w.z. het LWT-setpoint wordt alleen overschreven als de OAT
de SRCooling bereikt/overschrijdt.
-10..10
Max
Reset
[°C]
Verwarmingsmodus.
Setpoint.
Vertegenwoordigt
mogelijk
voor
het
ELWT
D-EOMHP01405-21_04NL 19/38
R/W
W
R/W
de
maximale
W
W
W
Setpoint
in
de
W