Bluetoothregeling
3
Stel de verschillende profielen als volgt
in.
[TEL (HFP) 1], [TEL (HFP) 2]
■
Selecteer wanneer het toestel met het
apparaat is verbonden als handsfree telefoon
1 of 2.
[Audio (A2DP)/App (SPP)]
■
Selecteer om samen te werken met een app
die op een smartphone is geïnstalleerd of
om als audiospeler te gebruiken.
4
Raak [Close] aan.
Om het geregistreerde Bluetooth
apparaat te verwijderen
1
Raak [
] aan op het Apparaat
selecteren-scherm.
2
Raak ter controle de naam van het
apparaat aan.
[þ All]
■
Selecteer alle Bluetooth-apparaten.
[¨ All]
■
Wist alle vinkjes.
60
OPMERKING
• U kunt een Android-apparaat dat als een Android
Auto-apparaat is verbonden niet selecteren.
3
Raak [Delete] aan.
h Bevestigingsbericht verschijnt.
h
4
Raak [Yes] aan.
h Alle geselecteerde apparaat(en) worden
h
verwijderd.
OPMERKING
• Als het apparaat dat compatibel is met draadloze
Apple CarPlay wordt verwijderd, zal hetzelfde
apparaat worden verwijderd van scherm met de
lijst met Apple CarPlay-apparaten.
Ñ
Verander de naam van het
apparaat
1
Raak [Device Name] in het Bluetooth
SETUP-scherm aan.
h Naam apparaat veranderen-scherm
h
verschijnt.
2
Houdt [
] ingedrukt.
3
Voer de naam van het apparaat in.
4
Raak [Enter] aan.