12 Installatie van de unit
1~2
3~6
d
a
c
1
b
A
2
e d c
10~15 mm
a
Aansluiting afvoerleiding (bevestigd aan de unit)
b
Vinyl tape (lokaal te voorzien)
c
Afvoerslang (accessoire)
d
Metalen klem (accessoire)
e
Groot afdichtingskussen (accessoire)
f
Afvoerleiding (lokaal te voorzien)
g
Vastgedraaid deel van klem
A
Uiteinde van de metalen klem is gebogen
B
Uiteinde van de metalen klem is omwikkeld met plastic
tape
1 Duw de afvoerslang of de bocht (voor leiding rechts en
omhoog) zo ver mogelijk over de aansluiting van de
afvoerleiding.
2 Voor leiding achter en omhoog, draai de plastic tape 2-3 keer
rond de bocht zodat de tape meer dan de breedte van de
metalen klem bedekt, met 10~15 mm niet afgedekt aan het
uiteinde van de bocht.
3 Draai de metalen klem vast over het omwikkelde deel van de
bocht
of
afvoerslang
1,35±0,15 N·m. Omwikkel het uiteinde van de metalen klem
met plastic tape of buig het uiteinde naar binnen om schade
aan het afdichtingskussen te voorkomen.
4 Controleer
op
waterlekken
waterlekken" [ 4 20]).
5 Draai het grote afdichtingskussen (= isolatie) rond de metalen
klem en de afvoerslang, en bevestig het met kabelbinders.
Begin te omwikkelen vanaf het vastgedraaide deel van de
metalen klem zodat het uiteinde van de metalen klem twee keer
omwikkeld is.
6 Sluit de afvoerleiding aan op de afvoerslang.
Controle op waterlekken
De procedure verschilt afhankelijk van of de installatie van het
systeem al voltooid is of niet. Wanneer de installatie van het
systeem nog niet voltooid is, sluit u de gebruikersinterface en de
voeding tijdelijk aan op de unit.
Wanneer de installatie van het systeem nog niet voltooid is
1 Sluit de elektrische bedrading tijdelijk aan.
▪ Verwijder het servicedeksel. Zie
binnenunit" [ 4 22].
aansluiten op de
▪ Sluit de gebruikersinterface aan (a).
▪ Sluit de elektrische voeding aan (b).
▪ Breng het servicedeksel weer aan. Zie
bedrading aansluiten op de
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
20
e
f
3
4
5
6
A
A
A'
A'
A-A'
A-A'
B
g
e d c
g
met
een
aanhaalmoment
(zie
"Controle
"14.2 Elektrische bedrading
"14.2 Elektrische
binnenunit" [ 4 22].
L
N
b
a
Klemmenstrook gebruikersinterface
b
Klemmenstrook voeding
2 Schakel de voeding IN.
3 Begin de werking met alleen ventileren (zie de uitgebreide
handleiding
of
gebruikersinterface).
4 Giet ongeveer 1 l water langzaam in de uitlaat van de
luchtuitblaas en controleer op lekken.
a
3
2
a
Plastic waterreservoir met buislengte ≥100 mm
b
Locatie afvoerpomp en vlotterschakelaar
van
c
Serviceafvoeruitlaat (met rubberen blindprop). Gebruik
deze uitlaat voor de afvoer van water uit de lekbak.
5 Schakel de voeding UIT.
6 Koppel de elektrische bedrading los.
op
▪ Verwijder het servicedeksel. Zie
aansluiten op de
▪ Maak de elektrische voeding los.
▪ Koppel de gebruikersinterface los.
▪ Breng het servicedeksel weer aan. Zie
bedrading aansluiten op de
Wanneer de installatie van het systeem al voltooid is
1 Begin de koelwerking (zie de uitgebreide handleiding of de
servicehandleiding van de gebruikersinterface).
2 Giet ongeveer 1 l water langzaam in de waterinlaat en
controleer op lekken (zie
systeem nog niet voltooid
a
de
servicehandleiding
b
c
4
1
"14.2 Elektrische bedrading
binnenunit" [ 4 22].
"14.2 Elektrische
binnenunit" [ 4 22].
"Wanneer de installatie van het
is" [ 4 20]).
FXUA50~100AVEB
VRV-systeemairconditioner
3P668115-2F – 2023.02
van
de