Hoofdstuk 2 Afdruktaken
De invoerlade vullen
Lade 1 vullen
Opmerking
Zie pagina
Voor het aanpassen van de werking van lade 1 ziet u pagina 164.
VOORZICHTIG
Nooit papier uit lade 1 verwijderen of daaraan toevoegen terwijl de printer
bezig is met afdrukken. Dit kan papierstoringen veroorzaken.
Etiketten, enveloppen en transparanten uitsluitend afdrukken vanuit lade
1 om beschadiging van de printer te voorkomen. Stuur deze naar de
uitvoerbak met de afdrukkant naar boven en zorg dat ze niet aan beide
zijden worden afgedrukt.
Wanneer u meerdere transparanten afdrukt, moet u elk afgedrukt vel
onmiddellijk uit de uitvoerbak verwijderen. De transparanten kunnen
anders aan elkaar kleven.
Wordt vervolgd op de volgende bladzijde.
De invoerlade vullen
430
voor papierspecificaties.
92