Specificaties
8.4 Omgevingscondities
Omgeving
Behuizingsgrootte A
Behuizingsgrootte B1/B2
Behuizingsgrootte B3/B4
Behuizingsgrootte C1/C2
Behuizingsgrootte C3/C4
Behuizingsset leverbaar ≤ behuizingsgrootte A
Triltest behuizing A/B/C
Max. relatieve vochtigheid
Agressieve omgeving (IEC 721-3-3), ongecoat
Agressieve omgeving (IEC 721-3-3), gecoat
Testmethode overeenkomstig IEC 60068-2-43 H2S (10 dagen)
Omgevingstemperatuur
Reductie wegens hoge omgevingstemperatuur; zie het hoofdstuk Speciale omstandigheden van de design guide.
Minimale omgevingstemperatuur bij volledig bedrijf
Minimale omgevingstemperatuur bij gereduceerd uitgangsvermogen
Temperatuur tijdens opslag/vervoer
Maximumhoogte boven zeeniveau zonder reductie
8
8
Maximumhoogte boven zeeniveau met reductie
Reductie wegens grote hoogte; zie het hoofdstuk Speciale omstandigheden van de design guide.
EMC-normen, emissie
EMC-normen, immuniteit
Energierendementsklasse
1) Bepaald overeenkomstig EN 50598-2 bij:
•
nominale belasting;
•
90% van de nominale frequentie;
•
fabrieksinstelling schakelfrequentie;
•
fabrieksinstelling schakelpatroon.
8.5 Kabelspecificaties
Maximale lengte motorkabel, afgeschermd/gewapend
Maximale lengte motorkabel, niet-afgeschermd/niet-gewapend
Maximale kabeldoorsnede naar motor, net, loadsharing en rem
Maximale kabeldoorsnede naar stuurklemmen, kabel met massieve kern
Maximale kabeldoorsnede naar stuurklemmen, buigzame kabel
Maximale kabeldoorsnede naar stuurklemmen, kabel met ingesloten geleider
Minimale kabeldoorsnede naar stuurklemmen
1) Zie de tabellen met elektrische gegevens in hoofdstuk 8.1 Elektrische gegevens voor meer informatie.
Het is verplicht om de aansluiting op het net correct te aarden met behulp van klem 95 (PE) van de frequentieregelaar. De
dwarsdoorsnede van de aardkabel moet minstens 10 mm² (8 AWG) bedragen of bestaan uit 2 nominale netdraden die
afzonderlijk op aarde zijn aangesloten overeenkomstig EN 50178. Zie ook hoofdstuk 4.3.1 Aarding . Gebruik niet-
afgeschermde kabel.
8.6 Stuuringang/-uitgang en stuurgegevens
Stuurkaart, RS485 seriële communicatie
Klemnummer
Klemnummer 61
Het RS485 seriële-communicatiecircuit is functioneel gescheiden van andere centrale circuits en galvanisch gescheiden van de
voedingsspanning (PELV).
68
®
VLT
AQUA Drive FC 202
1)
Danfoss A/S © 10/2016 Alle rechten voorbehouden.
IP 20/Chassis, IP 21/Type 1, IP 55/Type 12, IP 66/Type 4X
IP 21/Type 1, IP 55/Type 12, IP 66/Type 4X
IP 21/Type 1, IP 55/Type 12, IP 66/Type 4X
5-95% (IEC 721-3-3; klasse 3K3 (niet-condenserend) tijdens bedrijf )
-25 tot +65/70 °C (-13 tot +149/158 °F)
1)
Gemeenschappelijk voor klem 68 en 69
IP 20/Chassis
IP 20/Chassis
IP 21/Type 1/IP 4X boven
klasse 3C2
klasse 3C3
maximaal 50 °C (122 °F)
0 °C (32 °F)
-10 °C (14 °F)
1000 m (3281 ft)
3000 m (9843 ft)
EN 61800-3
EN 61800-3
150 m (492 ft)
300 m (984 ft)
1,5 mm² of 2 x 0,75 mm² (16 AWG)
1 mm² (18 AWG)
0,5 mm² (20 AWG)
0,25 mm² (24 AWG)
68 (P,TX+, RX+), 69 (N,TX-, RX-)
MG20MD10
1,0 g
IE2