3 Bediening
6 Display voor weergave van de actuele modus (zie
3.4) of bepaalde extra informatie (zie 3.8)
7 Toets „Reset" om bepaalde storingen terug te zetten
(zie 4.)
8 Draaiknop om de boilertemperatuur in te stellen (zie
3.5).
3.2
Controles vóór inbedrijfstelling
3.2.1 Afsluitinrichtingen openen
Aanwijzing!
De afsluitinrichtingen zijn niet bij de levering
van het toestel inbegrepen. Deze worden op de
montageplaats door uw installateur geïnstal-
leerd.Deze moet u uitleg geven over de positie
en bediening van deze componenten.
• Open de gaskraan door deze in te drukken en tegen de
klok in tot de aanslag te draaien.
• Controleer of alle servicekranen zijn geopend. Dit is
het geval, wanneer de inkeping in het vierkant van de
servicekranen overeenstemt met de richting van de
buisleiding. Indien de servicekranen gesloten zijn, kun-
nen deze met behulp van een steeksleutel door een
kwartslag naar rechts of links geopend worden.
3.2.2 Installatiedruk controleren
• Controleer de installatiedruk van de installatie bij de
manometer.
Uw installateur heeft u de montageplek van de manome-
ter laten zien. Deze is niet in uw toestel geïntegreerd.
Voor een goede werking van de CV-installatie moet bij
koude installatie de wijzer op de manometer in het
bereik tussen 1,0 en 2,0 bar waterdruk staan. Staat deze
onder 0,75 bar, vul dan a.u.b. water bij (zie 5.3).
Als de CV-installatie zich over meerdere verdiepingen
uitstrekt, dan kan een hogere waterdruk van de installa-
tie nodig zijn. Vraag hiervoor uw installateur.
3.3
Toestel in- en uitschakelen
Attentie!
De hoofdschakelaar mag alleen ingeschakeld
worden, wanneer de CV-installatie correct met
water gevuld is. Is dit niet het geval, dan kun-
nen pomp en warmtewisselaar beschadigd wor-
den.
6
Afb. 3.3 Toestellen in- en uitschakelen
Met de hoofdschakelaar (1) schakelt u het toestel in en
uit.
I:
"AAN"
O:
"UIT"
Wanneer de hoofdschakelaar (1) zich in stand "I" bevindt,
is het toestel ingeschakeld. In het display verschijnt de
standaardweergave van het Digitale Informatie- en
Analyse-systeem (details zie 3.4).
Lees voor instelling van het toestel in overeenstemming
met uw wensen a.u.b. de hoofdstukken 3.5 en 3.6 door.
Hierin zijn de instelmogelijkheden voor de CV- en de
warmwater-functie beschreven.
Om uw CV-toestel helemaal buiten werking te stellen,
schakelt u de hoofdschakelaar (1) in stand "O".
Attentie!
Vorstbeveiligings- en bewakingsinrichtingen zijn
alleen actief, als de hoofdschakelaar van het
toestel in stand „I" staat en het toestel niet is
losgekoppeld van het elektriciteitsnet.
Om deze veiligheidsinrichtingen niet uit te schakelen,
moet u uw CV-toestel met het regeltoestel in- en uit-
schakelen (informatie daarover vindt u in de betreffende
gebruiksaanwijzing).
Aanwijzing!
Tijdens een langere periode van buitenbedrijf-
stelling (b.v. vakantie) moet u bovendien de gas-
kraan en de koudwaterstopkraan sluiten.
Neem in dit verband a.u.b. ook goed nota van de
aanwijzingen voor vorstbeveiliging (zie 5.5).
1
Gebruiksaanwijzing ecoVIT