Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gasafvoer- En Luchttoevoeraansluiting Uitvoeringsvarianten Lucht-/Afvoergastraject - elco THISION S Combi Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Montage
Gasafvoer- en luchttoevoeraansluiting
Uitvoeringsvarianten lucht-/afvoergastraject
Gasafvoer- en luchttoevoer-
aansluiting
De THISION S is geschikt voor open en
gesloten uitvoering. De gasafvoerbuis
moet ten allen tijde kunnen worden
gedemonteerd.
Bij alle gasafvoersystemen dient erop
te worden gelet dat er geen kortsluiting
ontstaat tussen de luchttoevoer en de
gasafvoer.
Buisverwijdingen mogen enkel verticaal
worden ingebouwd om te voorkomen
dat er waterzakken ontstaan.
Om de rookgasafvoer te beveiligen
is de THISION S uitgerust met een
veiligheidstemperatuurbegrenzer aan
de gasafvoerpijp (ingesteld op 85°C),
waardoor die bij de installatie niet meer
moet worden voorzien.
De buitenluchttoevoer moet ge-
garandeerd zijn en moet volgens de
geldende gasrichtlijnen worden
geplaatst. De plaatselijke voorschriften
dienen te worden nageleefd. In principe
raden we een gesloten installatie aan.
Vaak is er gevaar voor corrosiebe-
vorderende dampen, in het bijzonder in
waskeukens of knutselruimtes, coiffeur-
salons en ruimtes waarin galvanische
processen plaatsvinden, drukkerijen of
metaalverwerking.
In dergelijke gevallen moet de lucht-
toevoer worden gelegd vanaf een
geschikte plaats buiten.
Condensaataansluiting
Per m³ verbrand aardgas ontstaat als
gevolg van het bijzonder hoge energie-
recuperatie 0,7 tot 1,0 liter condensaat.
Dat moet worden afgeleid. Daarvoor
moeten minstens tot aan de ingang in
de verzamelbuis kunststofbuizen
worden gebruikt. Het condensaat moet
vrij in een trechter (of neutralisatietank)
kunnen weglopen. Daardoor wordt
vermeden dat er condensaat in de ketel
wordt opgestuwd.
De condensaatafvoer mag geen vaste
verbinding met de kanalisatie hebben
en verloopt via een trechtersifon die in
de huisriolering moet worden
geïnstalleerd.
Het voorgaande geldt bijzonder ook
voor het condensaat van de
gasafvoerleiding en de schoorsteen.
18
De plaatselijke voorschriften dienen te
worden nageleefd.
Voor de ingebruikname moet de
sifon in de THISION S met water worden
gevuld (het gemakkelijkst is 0,5 l
water via de gasafvoerbuis bij te
vullen).
Aansluiting op de luchttoevoer/
rookgasafvoer
Voor de concentrische lucht-
toevoer/rookgasafvoer mogen
uitsluitend originele hulpstukken van
ELCO worden gebruikt.
De luchttoevoer/rookgasafvoer moet
niet op een afstand van brandbare
materialen worden gehouden,
aangezien bij nominaal thermisch
vermogen geen temperaturen boven
80°C voorkomen.
De luchttoevoer/rookgasafvoer mag
niet door andere montageruimtes
worden geleid.
Als de THISION S als buitenwandtoestel
(luchttoevoer-/rookgasafvoertraject via
buitenwand) wordt geïnstalleerd,
dan moet het nominale thermische
vermogen in de stookmodus worden
verminderd tot onder 11 kW (niet voor
BE). Als de leidingen voor de toevoer
van de verbrandingslucht en de gas-
afvoer verdiepingen in het gebouw over-
bruggen, dan moeten de leidingen
buiten de montageruimte in een
schacht worden geleid die minstens
90 minuten vuurvast is, en bij lage
gebouwen minstens 30 minuten.
Worden de gastoestellen opgesteld in
ruimtes waar zich boven het plafond
enkel nog de dakconstructie bevindt,
dan gelden de volgende vereisten:
Als voor het plafond een bepaalde
vuurvastheid wordt vereist, dan
moeten de leidingen voor de ver-
brandingsluchttoevoer en de gasafvoer
tussen de bovenkant van het plafond
en de dakbedekking worden voorzien
van een bekleding die minstens even
vuurvast is en uit niet-brandbare
materialen bestaat.
Als voor het plafond een bepaalde
vuurvastheid wordt vereist, dan
moeten de leidingen voor de
verbrandingsluchttoevoer en de
gasafvoer van de bovenkant van het
plafond tot aan de dakbedekking in
een schacht van vuur- en vormvaste
materialen of in een metalen
doorvoermantel worden gelegd
(mechanische bescherming).
Er moeten kunnen worden ge-
controleerd of de doorsnede van
gasafvoerleidingen vrij is.
In de montageruimte moet minstens
een passende inspectie- en/of
controleopening worden voorzien in
overleg met de bevoegde plaatselijke
schoorsteenveger.
Voor de verbindingen voor de gas-
afvoer moeten moffen en dichtingen
worden gebruikt. De moffen moeten
altijd tegen de stromingsrichting van
het condensaat worden geplaatst.
Het luchttoevoer-/gasafvoertraject
moet 1-3% schuin t.o.v. de ketel
worden gemonteerd. Om wederzijdse
beïnvloeding tussen de lucht-
toevoer- en gasafvoertrajecten via het
dak te vermijden, raden we een
minimale afstand van 2,5 m aan
tussen de luchttoevoer- en gas-
afvoertrajecten.
Aansluiting op een vochtvrij lucht-
toevoer-/rookgasafvoerkanaal (AZ),
rookgasafvoerkanaal of rookgas-
afvoersysteem.
Voor schoorstenen en rookgasafvoer-
systemen is een stedenbouwkundige
toelating voor gasgestookte branders
nodig (DIBT-certificaat, Duitse Instituut
voor Bouwtechniek). De afmetingen
worden bepaald aan de hand van de
berekeningstabellen voor de des-
betreffende categorie rookgas-
waarden. Er mogen hoogstens drie
afwijkingen van 90° worden ge-
monteerd. Voor schoorstenen moet
bij de berekening van de manometer-
druk op 0 Pa als uitgangspunt
genomen worden.
Aansluiting op een vochtvrij rook-
gasafvoerkanaal of rookgasafvoer-
systeem B23 voor open uitvoering.
Het rechte stuk van het luchttoevoer-
/gasafvoertraject mag bij installatie op
een gasafvoerkanaal niet langer dan
2 m zijn. Er mogen hoogstens drie
afwijkingen van 90° worden
gemonteerd.
Voor het rookgasafvoerkanaal is een
DIBT-certificaat vereist en het moet
geschikt zijn voor de afvoer van
verbrandingsgassen.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave