8. Peak Hold-modus
Onder deze modus toont het instrument het/de zwaarst gedetecteerde
gewicht/kracht en houdt deze ook vast.
Zie 5.5 voor het selecteren van de gewenste weegeenheid.
1.
Zie 5.6 voor het openen van Peak Hold-modus.
2.
Rond de vereiste testopstelling af. Indien accessoires voor
3.
bevestiging/ondersteuning worden gebruikt, pas ze dan allemaal toe.
Druk op [Tare] om het effect van enig extra gewicht te schrappen.
4.
Start het meetproces; de waargenomen piekwaarde zal worden
5.
vastgehouden en zal knipperen.
Om de daadwerkelijke huidige waarde te vernieuwen/tonen (bijv. nadat
6.
een trekkracht is verminderd), drukt u opnieuw op [Hold].
9. Dierweegmodus
9.1 Omschrijving Dierweegmodus
Dierweegmodus wordt gebruikt voor het wegen van levende have.
9.2 Basisinstellingen Dierweging
Zie 5.5 voor het selecteren van de gewenste weegeenheid.
1.
Open de dierweegmodus.
2.
2 seconden ingedrukt houden [Set] om de parameterinstelling voor
3.
gewichtsvrijgave in te voeren.
Druk op [Func] of [Unit] toets om de gewenste variatie-waarde voor
4.
gewichtsvrijgave te selecteren. Er zijn 10 parameters beschikbaar van
Off tot 20): -
Er zijn 10 parameters beschikbaar van Off tot 20): -
5.
•
rE oFF = automatische vrijgave uitgeschakeld.
•
rE 0.5 = automatische vrijgave wanneer gewicht varieert ≥0.5% van
rato.
Peak Hold-modus ondersteunt geen geheugenaccumulatie, weegeenheid-omzetting of
20
weegcontrole-functie.
Dierweeg functie zal niet werken wanneer het gewicht minder is dan 20d (of 20d
21
duaal weegbereik/interval).
20
21
26
voor
1