Werkwijze bij opnamen
1
Druk in de hoofddisplay op de knop [SONG]. Selecteer
vervolgens met behulp van de draaiknop het nummer van
de gebruikerssong (031–035) waarop u wilt opnemen.
2
Selecteer de track(s) waarop u wilt opnemen en bevestig
uw selectie op de display.
◆ Een melodietrack en begeleidingstrack tegelijk opnemen
Druk op de knoppen ([1]–[5]) van de melodietrack waarop u wilt
opnemen terwijl u de knop [REC] ingedrukt houdt.
Druk daarna op de knop [A] terwijl u de knop [REC] ingedrukt houdt.
Op de display worden de geselecteerde tracks gemarkeerd.
Indrukken en ingedrukt houden
◆ Een melodietrack opnemen
Druk op de knoppen ([1]–[5]) van de melodietrack waarop u wilt
opnemen terwijl u de knop [REC] ingedrukt houdt.
Op de display wordt de geselecteerde track gemarkeerd.
Als u de opname op een geselecteerde track wilt annuleren, drukt
u nogmaals op die trackknop. Tijdens de opname kunt u
stijlbegeleiding niet aan- of uitzetten.
Uw eigen spel opnemen
Selecteer een songnummer
tussen 031 en 035 met behulp
van de draaiknop.
LET OP
• Als u opneemt op een track
die reeds opgenomen data
bevat, zullen de bestaande
data worden overschreven en
verloren gaan.
OPMERKING
• Als u de stijl-track [A] selecteert
voor opname, wordt
stijlbegeleiding automatisch
aangezet.
• Tijdens de opname kunt u
stijlbegeleiding niet aan- of
uitzetten.
OPMERKING
• Als stijlbegeleiding actief is en
track [A] nog niet is opgenomen,
wordt stijl-track [A] automatisch
geselecteerd voor opname
wanneer u een melodietrack
selecteert. Zorg ervoor dat stijl-
track [A] uit staat als u alleen
een melodietrack wilt opnemen.
DGX-530/YPG-535 Gebruikershandleiding
59