Inbedrijfstelling en bediening
Installatie van de meter
4.3.2.8
De gegevens van de installatiecondities van de gasmeter zijn relevant voor het verhelpen
van storingen met i-diagnostics
Het pijltje op de afgebeelde gasmeter duidt de primaire stromingsrichting aan.
Afbeelding 35
Installatiecondities (voorbeeld)
Voltooien
4.3.2.9
▸
Schrijf allereerst de gegevens naar het apparaat.
▸
Indien gewenst: reset de telwerken voor storingshoeveelheden en leeg de logboeken.
▸
SICK adviseert om een parameter- en statusrapport op te stellen en deze samen met de
leveringsdocumentatie te archiveren, → blz. 83, §5.2.4.
Functiecontrole na de inbedrijfstelling
4 .4
Aanbevolen controles:
4.4.1
▸
Meterstand controleren, → blz. 78, §5.2.1.
▸
Controle van het signaal-acceptatie-percentage, → blz. 74, §4.4.2.
▸
Nulfasetest, → blz. 74, §4.4.3.
▸
Controle van de geluidssnelheid, → blz. 75, §4.4.4.
▸
Vergelijking van theoretische en gemeten geluidssnelheid, → blz. 80, §5.2.2.
FLOWSIC600-XT · Gebruiksaanwijzing · 8024738/13GE/V 1-1/2019-10 · © SICK Engineering GmbH
TM
.
BELANGRIJK:
De gegevens moeten naar het apparaat worden geschreven voordat de reports
worden opgesteld, anders worden de reports opgesteld op basis van de
gegevens vóór de inbedrijfstelling.
73