Gebruiksaanwijzing
Inleiding ................................................................................................................................................................... 22
Garantie ................................................................................................................................................................... 22
Doelmatig gebruik ..................................................................................................................................................... 22
Veiligheidsvoorschriften ............................................................................................................................................ 22
Functieoverzicht ....................................................................................................................................................... 23
Montage .................................................................................................................................................................. 23
Inbedrijfstelling ......................................................................................................................................................... 24
Functiebeschrijving ................................................................................................................................................... 25
Wat te doen, indien...? ............................................................................................................................................... 26
Schakelschema ........................................................................................................................................................ 26
Aansluitschema ........................................................................................................................................................ 27
Technische gegevens ................................................................................................................................................ 27
Hartelijk dank voor de aankoop van de Becker-deurbesturing S60II. De besturing S60II is een kwaliteitsproduct met vele
prestatiekenmerken en voordelen.
Neem bij de installatie en de afstelling van de apparatuur deze handleiding in acht.
Becker-Antriebe GmbH is van de vrijwaring en productaansprakelijkheid bevrijd, wanneer zonder onze voorafgaande toe-
stemming eigen bouwkundige constructiewijzigingen zijn aangebracht en/of onvakkundige installaties worden doorgevoerd
of in opdracht worden gegeven, die in strijd zijn met onze voorgeschreven montagerichtlijnen
De verdere verwerker dient er op toe te zien dat alle, voor de vervaardiging en het consumentenadvies noodzakelijke wet-
telijke voorschriften, in het bijzonder de EMC-voorschriften, worden nageleefd.
Dit product is onderhevig aan technische ontwikkelingen en verbeteringen. Voor de nadere productspecifi caties verwijzen wij
naar de actuele verkoopdocumentatie.
De deurbesturing S60II is een besturing met omkeerbeveiliging voor het aansturen van Becker rol- en sectionaaldeuraan-
drijvingen met mechanische eindschakelaars. Bij gebruik van roldeuraandrijvingen met externe rem is een extra remmodule
vereist.
De besturing werkt alleen met ingestoken besturingskaart. Voor de OMLAAG-richting in zelfvergrendeling is een sluitkantbe-
veiliging in combinatie met de besturingskaart Multicard II vereist.
Lees deze handleiding voor de werken zorgvuldig door. De werken aan de elektrische inrichtingen mogen alleen door een
gekwalifi ceerde elektrotechnicus worden uitgevoerd.
Neem de wettelijke voorschriften (veiligheid, preventie van ongevallen), in het bijzonder de bepalingen van de wettelijke on-
gevallenverzekering (ZH1/494) resp. EN 12453 "Veiligheid bij gebruik van elektrisch bediende deuren" en de overeenkomstig
geldende VDE- resp. EN-normen in acht.
De monteur van het deursysteem moet zorg dragen voor de correcte montage, de instructie van de exploitant en de toeken-
ning van het CE-teken.
De exploitant moet er zorg voor dragen dat de installatie alleen in foutloze toestand wordt gebruikt en dat de veiligheidsin-
richtingen regelmatig door een deskundige worden gecontroleerd. Bij het gebruik van roldeuren dient er op de bouwplaats
op te worden gelet dat het roldeurpantser beveiligd is en bijvoorbeeld bij het rollen over de eindpositie heen geen gevaarlijke
situaties kan veroorzaken.
22
Inhoudsopgave
Inleiding
Garantie
Doelmatig gebruik
Veiligheidsvoorschriften