14
2. Veiligheid
• Kinderzitjes mogen alleen worden bevestigd met behulp
van fabrieksmatig aangebrachte driepuntsgordels.
• Zet de draaistoelen vast in de rijrichting. Tijdens het rijden
mogen de draaistoelen niet worden gedraaid.
*
• Zet de schuifzitting
• Open niet de deurvergrendeling!
• Er mogen zich verder geen personen in het voertuig bevinden!
Rijden
Maak vóór de eerste grote rit een proefrit of volg een veiligheids-
training, om uzelf vertrouwd te maken met het rijgedrag van de
camper. Oefen ook het achteruit rijden.
M.b.t. het rijden geldt
• Onderschat de lengte en breedte van de buscamper niet.
• Wees voorzichtig bij het oprijden van binnenplaatsen en het
passeren van poorten en doorritten.
• Bij zijwind, ijzel of natheid kunnen in de buscamper slinger-
bewegingen optreden.
• Rem bij slingerbewegingen voorzichtig maar krachtig om het
voertuig te stabiliseren.
• Ga nooit versnellen tijdens slingerbewegingen.
• Pas de rijsnelheid aan de toestand van de wegen en de
verkeersomstandigheden aan.
vast in de uitgangspositie..
•
Lange, licht hellende weggedeelten kunnen gevaarlijk zijn.
Kies uw snelheid van meet af aan zodanig dat u zo nodig
nog kunt versnellen zonder andere weggebruikers in gevaar
te brengen.
•
Rijd bergafwaarts in principe niet sneller dan bergopwaarts.
•
Bij het inhalen van of ingehaald worden door vrachtwagen-
combinaties of bussen kan de buscamper in een luchtstroom
terecht komen. Licht tegensturen heft het effect hiervan op.
•
Anticiperend rijden, bij lange ritten regelmatig pauzes
inlassen.
Rijden door bochten
Een buscamper raakt door zijn opbouwhoogte sneller aan het
slingeren dan een personenauto.
M.b.t. het rijden door bochten geldt
•
Rijd niet te snel een bocht in!
• Neem bij het afslaan steeds een iets ruimere bocht. Houd
er rekening mee dat de buscamper modelafhankelijk aan
de achterzijde kan uitwijken.