Herasafe 2030i / Maxisafe 2030i
Opstellen van de toestellen
Omgevingsvoorwaarden
De bedrijfsveiligheid en de onberispelijke functie van het toestel zijn afhankelijk van de keuze
van de juiste opstellingsplaats. Daarom mag de veiligheidswerkbank enkel in ruimtes worden
geplaatst, die aan de hieronder vermelde omgevingsvoorwaarden voldoen.
Eisen aan de opstellingsplaats:
De elektrische installatie van het toestel is voor een standplaatshoogte tot maximaal
2000 m NN ontworpen.
De contactdozen voor de netaansluiting moeten als bescherming tegen onopzettelijk
uitschakelen buiten het normale handbereik liggen. Het is ideaal wanneer de
contactdozen boven de veiligheidswerkbank worden aangebracht en gemakkelijk
toegankelijk zijn.
De vloerbedekking van het plaatsingsoppervlak moet een voldoende vastheid bezitten
en niet brandbaar zijn.
Het onderstel moet voldoende draagvermogen hebben (viermaal het gewicht van het toestel).
De hoogte van de plaatsingsruimte moet voldoende zijn. Bij een toestel dat niet aan
een afzuiginstallatie aangesloten wordt, moet de afstand van de afzuigopening aan
het toestelplafond tot aan het plafond van de ruimte ten minste 200 mm bedragen.
Het is mogelijk om met een kleinere afstand van 200 mm te installeren. Dit moet
worden besproken met een BSC-specialist van Thermo Fisher Scientific.
De opstellingsplaats moet met een geschikte ruimteventilatie uitgerust zijn, zie
"Ruimteverluchting" op pagina 12.
De ruimtetemperatuur moet in het bereik van de 10 °C tot 40 °C liggen.
De voedingsspanning mag niet meer dan ±10% afwijken van de nominale waarde.
Tijdelijke overspanningspieken zullen het gebruikelijke bereik binnen het
wisselstroomnetwerk niet overschrijden. Het nominale transiënte overspanningsniveau is
de piekweerstandsspanning volgens overspanningscategorie II van IEC 60364-4-443.
Een geschikte aardlekschakelaar moet door de klant worden geïnstalleerd om het
apparaatsysteem te beschermen.
Condensatie moet worden vermeden, bijvoorbeeld na verplaatsing of vervoer. Indien
er sprake is van condensatie, wacht dan tot het vocht volledig is verdampt voordat u
het apparaat op een stroombron aansluit of inschakelt.
De relatieve luchtvochtigheid van de toestelomgeving mag max. 90 % r.v. bedragen.
OPMERKING Omgevingsvoorwaarden
Wanneer de omgevingsvoorwaarden aanzienlijk van de hierboven beschreven
bepalingen afwijken, gelieve de mogelijke maatregelen voor het opstellen van het
toestel met Thermo Electron LED af te spreken.
Tijdelijke opslag voor het gebruik
Wanneer het toestel tijdelijk wordt opgeslagen, mag de omgevingstemperatuur
voor max. 4 weken tussen -20 °C tot +60 °C bij een relatieve vochtigheid tot max.
90% liggen. Daarna gelden de eisen van de plaats van opstelling.
| 11
50155219