De instelling van de tekengrootte wijzigen:
1 Selecteer GLOBAL FORMAT, BLOCK
FORMAT of LINE FORMAT (OF houd d
ingedrukt en druk op 1 (1), 2 (2) of 3
(3) ) zoals beschreven op pagina 26 tot 27.
LET OP
Deze stap kan worden overgeslagen als
tegelijkertijd de instellingen van meerdere
opmaakfuncties worden toegepast.
2 Draai r totdat SIZE verschijnt, en druk
vervolgens op r (OF druk op j of k
totdat SIZE verschijnt). De instelling van de
tekst op de cursorpositie wordt links in het
scherm getoond, en aan de rechterkant
wordt een voorbeeld van de instelling
getoond.
1 2 3 4 5 6 7 8 9
R
R
G
02/13
R
H
NO
R
SIZE
L M
R
I
AUTO
R
J
AUTO
0.4
Length
Margin
3 Draai r (OF druk op m of g) tot de
gewenste instelling verschijnt.
LET OP
☞
Als "*****"verschijnt als de instelling, wilt dit
zeggen dat de functie Grootte reeds is toegepast
op de regel in het huidige tekstblok (als
Blokopmaak of Algemene opmaak wordt
ingesteld) of op een blok in de huidige tekst (als
Algemene opmaak wordt ingesteld). Als de
instelling wordt gewijzigd, wordt de eerder
toegepaste instelling geannuleerd.
☞
Als u de functie weer wilt instellen op de
standaardinstelling (AUTO), drukt u op de
spatiebalk.
☞
Als u naar de tekst wilt teruggaan zonder de
opmaak te wijzigen, drukt u op e (OF houdt
u d ingedrukt en drukt u op 1 (1), 2
(2) of 3 (3) ).
4 Druk op r (OF druk op n) om de
instelling toe te passen.
K Q Q Q Q Q
A
B C D E F
Q Q Q
Q Q Q Q
Q Q Q Q
Q Q Q Q
Q Q Q Q
HELSINKI
A
AUTO
Font
Width
Size
LET OP
Als u r gebruikt om de instelling te selecteren, kan
er slechts één functie tegelijk worden ingesteld. Als
u meerdere opmaakinstellingen tegelijk wilt
toepassen, drukt u op j of k om de functie te
selecteren, en drukt u vervolgens op m of g om
de gewenste instelling te kiezen. Druk pas op n
nadat alle benodigde functies zijn ingesteld.
Functie voor breedte (WIDTH)
Met de functie Breedte kunt u de tekstgrootte
wijzigen, zodat de tekens breder of smaller
worden. Voorbeelden van de beschikbare
instellingen in Breedte vindt u op pagina 76. De
breedte van de tekst op de huidige cursorpositie
wordt onder in het scherm weergegeven.
1 2 3 4 5 6 7 8 9
R
R
G
<<< P-touch >>>
R
N O
H
R
L M
R
I
1:_
R
J
AUTO
0.4
Length
Margin
De breedte wijzigen met de functie
Breedte:
1 Selecteer GLOBAL FORMAT, BLOCK
FORMAT of LINE FORMAT (OF houd d
ingedrukt en druk op 1 (1), 2 (2) of 3
(3) ) zoals beschreven op pagina 26 tot 27.
LET OP
Deze stap kan worden overgeslagen als
tegelijkertijd de instellingen van meerdere
opmaakfuncties worden toegepast.
2 Draai r totdat WIDTH verschijnt, en druk
vervolgens op r (OF druk op j of k
totdat WIDTH verschijnt). De instelling van
de tekst op de cursorpositie wordt links in
het scherm getoond, en aan de rechterkant
wordt een voorbeeld van de instelling
getoond.
Hoofdstuk 3 Functies
K Q Q Q Q Q
A
B C D E F
Q Q Q Q
Q Q Q Q
Q Q Q Q
Q Q Q Q
Q Q Q
HELSINKI
A
AUTO
Font
Width
Size
29