3. Sluit de connector van de knoopbatterij weer aan op de onderkant van de computer.
4. Plaats de polssteun terug (zie
5. Plaats de optische schijf terug (zie
6. Plaats de systeemventilator terug (zie
7. Plaats het beeldscherm terug (zie
8. Plaats het toetsenbord terug (zie
9. Plaats de LED-dashboardkap (zie
10. Plaats de optische schijf terug (zie
KENNISGEVING:
Voordat u de computer aanzet, moet u alle schroeven opnieuw aanbrengen en vastzetten en controleren of er geen losse
schroeven in de computer zijn achtergebleven. Als u dit niet doet, loopt u het risico dat de computer beschadigd raakt.
11. Volg de instructies in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
N.B.
Als u een cd met een programma voor het flashen van de BIOS gebruikt, moet u op <F12> drukken voordat u de cd in het cd-station aanbrengt om
de computer zodanig in te stellen dat deze slechts deze keer vanaf de cd opstart. Anders moet u het System Setup-programma uitvoeren om de
standaard opstartvolgorde te wijzigen.
12. Flash het BIOS (zie
Het BIOS
13. Open het systeemsetupprogramma om de BIOS op het nieuwe moederbord bij te werken met het serviceplaatje van de computer. Zie voor informatie
over het System Setup-programma de Technologiehandleiding van Dell op uw computer of op support.dell.com.
Terug naar inhoudsopgave
De polssteun opnieuw
installeren).
Het optische station
vervangen).
De systeemventilator
terugplaatsen).
Het beeldscherm
terugplaatsen).
Het toetsenbord opnieuw
installeren).
De LED-dashboardkap
terugplaatsen).
De vaste schijf
vervangen).
op.
flashen).