7.1 Kookgerei
De bodem van het
kookgerei moet zo dik en
vlak mogelijk zijn.
Zorg ervoor dat bodems
schoon en droog zijn
voordat ze op de kookplaat
worden gezet.
Kookgerei gemaakt van
geëmailleerd staal of met
aluminium of koperen
bodems, kunnen tot
verkleuringen leiden van de
glazen keramische
kookplaat.
Warmte-in-
Gebruik om:
stelling
Bereide gerechten warmhou-
- 1
den.
1 - 2
Hollandaisesaus, smelten: bo-
ter, chocolade, gelatine.
1 - 2
Stollen: luchtige omeletten,
gebakken eieren.
2 - 3
Zachtjes aan de kook brengen
van rijst en gerechten op melk-
basis, reeds bereide gerechten
opwarmen.
3 - 4
Stomen van groenten, vis en
vlees.
4 - 5
Aardappelen stomen.
4 - 5
Bereiden van grotere hoeveel-
heden voedsel, stoofschotels
en soepen.
6 - 7
Lichtjes braden: kalfsoester,
cordon bleu van kalfsvlees, ko-
teletten, rissoles, worstjes, le-
ver, roux, eieren, pannenkoe-
ken, donuts.
7 - 8
Door-en-door gebraden, op-
gebakken aardappelen, len-
denbiefstukken, steaks.
7.2 Voorbeelden van
kooktoepassingen
De gegevens in de volgende
tabel dienen slechts als
richtlijn.
Tijd
Tips
(min)
zoals
Een deksel op het kookgerei
nodig
doen.
5 - 25
Van tijd tot tijd mengen.
10 - 40
Met deksel bereiden.
25 - 50
Voeg minimaal twee keer zo
veel vocht toe als rijst en roer
gerechten op melkbasis hal-
verwege de procedure door.
20 - 45
Voeg een paar eetlepels vocht
toe.
20 - 60
Gebruik max. ¼ l water voor
750 g aardappelen.
60 - 150
Tot 3 l vloeistof plus ingrediën-
ten.
zoals
Halverwege de bereidingstijd
nodig
omdraaien.
5 - 15
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
NEDERLANDS
13