Probleem
De machine wordt niet met
water gevuld:
Er stroomt water in de ma-
chine en dat loopt meteen
weer weg:
De machine pompt het wa-
ter niet weg en/of centrifu-
geert niet:
Er ligt water op de vloer:
Onbevredigende wasresul-
taten:
De deur gaat niet open:
Mogelijke oorzaak/oplossing
De waterkraan is dicht (rode lampje toets 5 knippert)
• Draai de waterkraan open.
De toevoerslang is bekneld of geknikt (rode lampje toets 5 knippert).
• Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang.
Het filter in de toevoerslang of het inlaatventielfilter is verstopt (het
rode indicatielampje 5 knippert).
• Maak de watertoevoerfilters schoon (Zie 'De watertoevoerfilters
schoonmaken' voor meer informatie).
De deur is niet goed gesloten (rode lampje toets 5 knippert)
• Doe de deur stevig dicht.
Het uiteinde van de afvoerslang bevindt zich te laag.
• Zie de betreffende paragraaf in het hoofdstuk "Waterafvoer".
De afvoerslang is bekneld of geknikt(rode lampje toets 5 knippert)
• Controleer de aansluiting van de afvoerslang.
Het afvoerfilter is verstopt (rode lampje toets 5 knippert)
• Maak het afvoerfilter schoon.
Er is een optie of programma gekozen waarbij het water in de trom-
mel niet wordt weggepompt of een programma dat alle spoelgan-
gen onderdrukt.
• Kies het programma pompen of centrifugeren.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
Er is te veel of een verkeerd wasmiddel gebruikt (te veel schuimvor-
ming).
• Verminder de hoeveelheid wasmiddel of gebruik een ander mid-
del.
Controleer of een van de koppelingen van de toevoerslang lekka-
ge vertoont. Dit is niet altijd gemakkelijk te zien, omdat het water
langs de slang naar beneden loopt; controleer of de slang vochtig
is.
• Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang.
De afvoer- of toevoerslang is beschadigd.
• Vervang deze door een nieuwe.
De dop op de noodafvoerslang is na het schoonmaken niet terug-
geplaatst of het filter is niet goed vastgeschroefd.
• Zet de dop terug op de noodafvoerslang en draai het filter volle-
dig aan.
Er is te weinig of een verkeerd wasmiddel gebruikt.
• Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander middel.
Hardnekkige vlekken zijn niet vóór het wassen behandeld.
• Gebruik normaal in de handel verkrijgbare producten om hard-
nekkige vlekken te behandelen.
De juiste temperatuur was niet gekozen.
• Controleer of u de juiste temperatuur hebt gekozen.
Te veel wasgoed in de trommel.
• Verminder het wasgoed in de trommel.
Het programma loopt nog.
• Wacht tot het wasprogramma is afgelopen.
De deur is niet ontgrendeld.
• Wacht tot het controlelampje 7.2 uit is.
Er staat water in de trommel.
• Kies het programma voor pompen of centrifugeren om het wa-
ter te verwijderen.
electrolux 19