Inhoudsopgave
Advertenties
1 - 6
1.4
Steunbalk
aan de pakkerwals bevestigen
De pakkerwals (Fig. 1.11/1) met steunbalken uitrusten.
De opbouwzaaimachine steunt hier later op.
Voor de montage van de steunbalken (Fig. 1.10/1) moet
de maat van het oplegpunt"P
oplegpunt"P
" heeft wederom een bepaalde afstand tot
2
het aankoppelpunt "P
" op het koppelraam. Daarvoor
1
moet het koppelframe (Fig. 1.10/2) worden opgetild en
precies 800 mm boven de grond worden vastgezet (zie
fig. 1.10). In deze positie het koppelframe, bijv. door het
spannen van de kettingen (Fig. 1.10/3) vastzetten.
Het oplegpunt "P
" ligt 600 mm boven de grond en 160
2
mm voor het aankoppelpunt "P
Steunbalken (Fig. 1.10/1) vastschroeven.
F
De brede steunbalk met de dubbele rij gaten
met minstens twee bouten (Fig. 1.10/4) aan
de pakkerwals bevestigen.
1.5
Lengte van de ketting instellen
Nadat alle koppelingsdelen aan de grondbewerkings-
machine zijn gemonteerd, kan de lengte van de ketting
(Fig. 1.10/3) definitief worden vastgesteld. De lengte
van de ketting zo instellen, dat de afstand van de grond
tot punt "P
" nog slechts 700 mm, i.p.v. de oorspronke-
1
lijke 800 mm bedraagt (zie maat tussen haakjes van fig.
1.10). Hierdoor hangen de kettingen tijdens het werk op
het veld enigszins door zodat de grondbewerkingsma-
chine optimaal beveiligd is tegen obstakels. Een nauw-
keurige beschrijving hiervan vindt u in hfdst. 1.7
AD DB 2000-1 (NL) 03.01
" worden vastgesteld. Het
2
" (zie Fig. 1.10).
1
Fig. 1.10
Fig. 1.11
Fig. 1.12
22t073
22t074
22t086
Advertenties
Inhoudsopgave
