5 Supervisormenu
Om input 3 te testen, maak een tijdelijke verbinding
tussen 1 en 4. 3 wordt 0 tot de tijdelijke verbinding is
opgeheven.
18. Druk op de SELECT-toets.
& * 2 1 verschijnt.
5.5.7
19. Druk op de UNITS-toets.
) 2 1 * 2 1 verschijnt. Dit is de outputtestoptie.
20. Druk op de PRINT-toets om de test te activeren.
) 2 1
21. Druk op de PRINT-toets.
De display wisselt tussen ) & en ) . Dit schakelt de
output uit en aan. Controleer de output om te zien of
deze uit- en aanschakelt. Gebruik een Trips Interface
Unit (TIU3) of andere outputapparatuur.
22. Stop de test door op de SELECT-toets te drukken.
) 2 1
23. Druk op de UNITS-toets.
) 2 1
24. Herhaal stappen 21 en 22 voor outputs 2 en 3.
25. Druk op de SELECT-toets.
) 2 1 * 2 1 verschijnt.
Hiermee is de TEST-menuoptie voltooid. Druk op de
UNITS-toets om naar het AUDIT-submenu te gaan of
druk op ZERO om naar de normale weegstand terug te
keren.
46
OUTPUT (outputtest)
verschijnt. Dit staat voor output 1.
verschijnt.
verschijnt.
5.5 TEST-submenu (testmenu)
E1005 Bedieninginstructies