Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gegevens In Verband Met De Waterkwaliteit; Aansluiting Van Het Watercircuit; Watervulling, -Stroom En -Kwaliteit; Isolatie Van De Waterleidingen - Daikin EWLP012KAW1N Montagehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor EWLP012KAW1N:
Inhoudsopgave

Advertenties

4
In de wateruitlaatleiding van de verdamper moet een debiet-
schakelaar worden aangebracht om te voorkomen dat de unit
functioneert bij een te lage waterstroom.
Het is belangrijk de debietschakelaar te installeren zoals
aangegeven op de afbeelding. Let op de positie van de
debietschakelaar t.o.v. de richting waarin het water
stroomt. Als u de debietschakelaar in een andere positie
installeert, is de unit niet afdoende beveiligd tegen
bevriezing.
In de schakelkast steekt een klem (X65A) voor de elektrische
aansluiting van de debietschakelaar (S10L).
5
Afsluitkranen moeten voorzien worden aan de unit, zodat
normaal onderhoud kan worden uitgevoerd aan het waterfilter
worden zonder het volledige systeem te laten leeglopen.
6
Voorzie ontluchtingkleppen op alle hoge punten in het systeem.
De
ontluchtingspunten
toegankelijke punten bevinden.
7
Het waterfilter moet vóór de unit worden gemonteerd om
onzuiverheden uit het water te filteren en op deze manier
schade aan de unit of verstopping van de verdamper te
voorkomen. Maak het waterfilter op regelmatige tijdstippen
schoon.
G
EGEVENS IN VERBAND MET DE
WATERKWALITEIT
Te controleren punten
pH
bij 25°C
Elektrisch
[mS/m]
geleidings-
bij 25°C
vermogen
Chlorideion
[mg Cl
/l]
2–
Sulfaation
[mg SO
/l]
4
M-alkaliteit
[mg CaCO
/l]
3
(pH 4,8)
[mg CaCO
/l]
Totale hardheid
3
Calciumhardheid [mg CaCO
/l]
3
[mg SiO
/l]
Siliciumion
2
Referentiepunten
IJzer
[mg Fe/l]
Koper
[mg Cu/l]
2–
Sulfideion
[mg S
/l]
+
Ammoniumion
[mg NH
/l]
4
Resterende chloride
[mg Cl/l]
[mg CO
/l]
Vrij carbide
2
Stabiliteitsindex
A = roesten
B = afbladderen
EWLP012~065KAW1N
Watergekoelde ijswaterkoelgroepen zonder condensor
4PW30042-1B
moeten
zich
op
gemakkelijk
verdamperwater
circulerend
fenomeen
water
aangevoerd
in geval van
[<20°C]
water
afwijking
6,8~8,0
6,8~8,0
A + B
<40
<30
A + B
<50
<50
<50
<50
<50
<50
<70
<70
<50
<50
<30
<30
<1,0
<0,3
A + B
<1,0
<0,1
niet opspeurbaar
<1,0
<0,1
<0,3
<0,3
<4,0
<4,0
A + B
A
ANSLUITING VAN HET WATERCIRCUIT
De verdamper is voorzien GAS-verbindingen met vrouwelijke
schroefdraad voor de waterinlaat en uitlaat (raadpleeg het externe
schema). De wateraansluitingen van de verdamper moeten worden
uitgevoerd in overeenstemming met het externe schema.
Als er lucht, vocht of stof in het watercircuit terechtkomt kunnen er
storingen ontstaan. Daarom moet u, bij het aansluiten van het
watercircuit, steeds rekening houden met het volgende:
1.
Gebruik uitsluitend zuivere leidingen.
2.
Houd de uiteinden van de leidingen omlaag tijdens het verwijderen
van bramen.
3.
Dek de uiteinden van de leiding af terwijl u de leiding door een muur
steekt, zodat er geen stof of vuil kan indringen.
Dicht de aansluitingen af met een goed afdichtmiddel
voor schroefdraad. De afdichting moet bestand zijn
tegen de druk en temperatuur in het systeem, en
moet ook bestand zijn tegen de gebruikte glycol in het
water.
De buitenkant van de waterleidingen moet goed
worden beschermd tegen corrosie.
W
ATERVULLING
Om een probleemloze werking van de unit te verzekeren is er een
minimaal watervolume in het systeem vereist en moet de water-
stroom door de verdamper binnen het werkingsbereik liggen
(raadpleeg daartoe de onderstaande tabel).
EWLP012
EWLP020
EWLP026
EWLP030
EWLP040
EWLP055
EWLP065
De waterdruk mag de maximale werkdruk van 10 bar niet
overschrijden.
LET OP
Voorzie voldoende beveiligingen in het watercircuit om
te voorkomen dat de waterdruk de maximaal
toegestane werkdruk zou overstijgen.
A
A
I
SOLATIE VAN DE WATERLEIDINGEN
B
Het volledige watercircuit, inclusief alle leidingen, moet worden
B
geïsoleerd om condensvorming en een verminderde koelcapaciteit te
voorkomen.
B
B
Bescherm de waterleidingen tegen bevriezing tijdens de winter-
periode (bijvoorbeeld door een glycoloplossing of verwarmingstape
te gebruiken).
A
A
I
SOLATIE VAN DE KOELLEIDINGEN
A
Isoleer de afvoerleiding grondig om te voorkomen dat u zich
A
verbrandt wanneer u de hete (max 135°C) afvoerleiding aanraakt.
A
Isoleer de vloeistofleiding ten minste minimaal om ze te beschermen
tegen beschadiging.
, -
-
STROOM EN
KWALITEIT
Minimaal
Minimale
watervolume (l)
waterstroom
62,1
17 l/min
103
29 l/min
134
38 l/min
155
45 l/min
205
57 l/min
268
77 l/min
311
89 l/min
Maximale
waterstroom
69 l/min
115 l/min
153 l/min
179 l/min
229 l/min
307 l/min
359 l/min
Montagehandleiding
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave