Lekkagetest en ontluchten
De units zijn in de fabriek gecontroleerd op lekken.
Na het aansluiten van de leidingen moet u een lekkagetest uitvoeren
en de lucht in de koelmiddelleiding met behulp van een vacuümpomp
evacueren tot 4 mbar absoluut.
Open de afvoer- en vloeistofafsluiters
1
om te openen
-
Verwijder de kap (1) en draai de schacht (2) tegen de wijzers
van de klok in met behulp van de zeshoekige
mofschroefsleutels (3) (JIS B 4648 nominale diameter
4 mm).
-
Draai volledig door tot de schacht stopt.
-
Maak de kap stevig vast.
2
om te sluiten
-
Verwijder de kap en draai de schacht met de wijzers van de
klok mee
-
Maak de schacht stevig vast tot het gedicht gedeelte (4) is
bereikt.
-
Maak de kap stevig vast.
4
LET OP
Gebruik een vulslang met drukstaaf bij gebruik
van de serviceopening (5).
Ga na het sluiten van de dop na of er
koelgaslekkage voorkomt.
Houd de afsluiters bij werking open.
Ontlucht de lucht niet met koelmiddel. Gebruik een
vacuümpomp om de installatie te ontluchten.
De unit vullen
Vul de unit eerst bij benadering met koelmiddel aan de hand van de
tabel.
EWLP012
EWLP020
EWLP026
EWLP030
EWLP040
2x[1,5+(0,12xLLP)+(VRCx0,38)]
EWLP055
2x[1,7+(0,12xLLP)+(VRCx0,38)]
EWLP065
2x[2,0+(0,12xLLP)+(VRCx0,38)]
VRC = volume van aparte condensor (l)
LLP = lengte vloeistofleiding (m)
Voer vervolgens de precieze afstelling uit
De compressor moet draaien voor het precies afstellen van de
hoeveelheid koelmiddel.
Wanneer in het kijkglas van de vloeistofleiding na het bij
benadering vullen geen gasbellen zichtbaar zijn (wegens
mogelijke verschillende omstandigheden), voegt u 10% van de
hoeveelheid koelmiddel bij.
Wanneer u in het kijkglas van de vloeistofleiding enkele gas-
bellen ziet, volstaat de bij benadering gevulde hoeveelheid koel-
middel wanneer u de extra 10% koelmiddel precies bijvult.
Montagehandleiding
4
5
2
3
1
hoeveelheid koelmiddel (kg)
0,9+(0,06xLLP)+(VRCx0,38)
1,5+(0,12xLLP)+(VRCx0,38)
1,7+(0,12xLLP)+(VRCx0,38)
2,0+(0,12xLLP)+(VRCx0,38)
Wanneer u in het kijkglas van de vloeistofleiding flashgas ziet,
blijft u bijvullen totdat een van de voornoemde situaties zich
voordoet. Vul daarna precies bij met de extra 10% koelmiddel.
De unit moet de tijd krijgen om te stabiliseren; vul dus geleidelijk
bij.
Zorg ervoor dat de aparte condensor niet wordt
LET OP
verontreinigd; anders wordt het systeem geblokkeerd.
Daikin
kan
onmogelijk
"vreemde" condensor van de installateur controleren.
De Daikin-unit heeft een streng verontreiningsniveau.
Gebruik de controlekraan van de vloeistofleiding voor het
bijvullen van koelmiddel en vul ook vloeistof bij.
C
ONTROLE VAN HET WATERCIRCUIT
De units zijn uitgerust met een waterinlaat en -uitlaat voor aansluiting
op een koelwatercircuit. Dit circuit moet worden voorzien door een
erkend technicus en in overeenstemming zijn met de geldende
Europese en nationale reglementeringen.
Controleer de volgende punten vooraleer de montage van de unit
verder te zetten:
Extra onderdelen niet bij de unit geleverd
1
Er moet een circulatiepomp worden voorzien die het water
rechtstreeks in de warmtewisselaar brengt.
2
Alle lage punten van het systeem moeten worden voorzien van
afvoerstoppen. Dit maakt het mogelijk om bij onderhoud of
volledige stopzetting van het systeem het hele circuit te laten
afvoeren.
3
Trillingsdempers worden aanbevolen in alle leidingen die
verbonden zijn met de koeler om spanningen in de leidingen en
overbrenging van trillingen en geluid te voorkomen.
Extra waterleiding bij de unit geleverd
Alle extra waterleidingen moeten in overeenstemming met het
leidingschema in de gebruiksaanwijzing in het systeem worden
geïnstalleerd. De debietschakelaar moet worden gemonteerd zoals
aangegeven in het bedradingsschema. Zie ook hoofdstuk
opstarten" op pagina
7.
2x kogelkraan
1x waterfilter
1x ontluchting
1x T-stuk voor ontluchting
2x debietschakelaarbuis
1x debietschakelaar
+
1x T-stuk
Watergekoelde ijswaterkoelgroepen zonder condensor
verontreiniging
van
de
"Voor het
EWLP012~065KAW1N
4PW30042-1B