Gebruiksklaar houden
Gereedheid controleren bij apparaten zonder draadloze toegang
Als het apparaat geen draadloze functionaliteit heeft of niet automatisch verbinding kan maken met
LIFELINKcentral AED-programmabeheer of LIFENET System (bijvoorbeeld als er geen
internetverbinding beschikbaar is waar het apparaat zich bevindt), dient u de gereedheidsindicator op
het apparaat ten minste eenmaal per maand te controleren. Als het apparaat niet gebruiksklaar is,
knippert de gereedheidsindicator niet en klinkt er elke 15 minuten een waarschuwingssignaal.
Opmerking: De optie voor het waarschuwingssignaal kan worden uitgezet. Zie Setupopties
(op bladzijde 81) voor meer informatie.
Als het apparaat niet gebruiksklaar is, voert u één van de volgende twee acties uit.
•
Gebruik (indien mogelijk) de USB-kabel, Wi-Fi of een mobiele verbinding om verbinding te maken
met LIFELINKcentral AED-programmabeheer of LIFENET System. Volg de instructies op het
scherm om het probleem vast te stellen. Voor informatie over verbinden, zie LIFELINKcentral AED-
programmabeheer (op bladzijde 41).
•
Als u de defibrillator niet met LIFELINKcentral AED-programmabeheer of LIFENET System kunt
verbinden, gebruikt u de volgende stappen om te bepalen waarom de gereedheidsindicator niet
knippert.
1. Open het deksel.
2. Wanneer de stemmeldingen starten, houdt u de
ingedrukt totdat u
dan gesproken instructies geven om u te vertellen welke van de volgende acties u moet
uitvoeren:
• Vervang het elektrodenbakje
• Vervang de batterij
• Neem contact op met bevoegd onderhoudspersoneel
58
APPARAAT GEREED
of
APPARAAT NIET GEREED
Risico op vermogensverlies tijdens de
behandeling van een patiënt
Vervang de batterij onmiddellijk wanneer de defibrillator
aangeeft dat de batterij bijna leeg is.
TAAL
- en de
KINDER MODUS
hoort. De defibrillator zal
LIFEPAK CR2 Defibrillator Gebruiksaanwijzing
-knop tegelijk