OPBERGRUIMTES, INDELING INTERIEUR
A
7
B
C
9
Opbergruimte achter 10
Steek om de zitting B en de rugleuning A te
ontgrendelen de contactsleutel in het slot 7
en draai de sleutel.
Met het slot 7 kunnen de rugleuning en
de zitting van de passagiersstoel ach-
terin of de opbergruimte achterin worden
vergrendeld en ontgrendeld.
3.4
(2/4)
10
8
Maak de rugleuning A los, laat ze naar be-
neden glijden en trek ze naar u toe.
Maak de zitting B los bij 8 en trek ze ver-
volgens omhoog om de onderkant los te
maken.
Duw tegen de zitting B en til ze omhoog (be-
weging C) om ze uit de rails 9 te tillen.
NB: controleer of de rugleuning en de zit-
ting na het terugkantelen goed worden ver-
grendeld.
Plaats geen voorwerpen of
dieren bovenop de opberg-
ruimte zonder deze vooraf te
bevestigen met een accessoire
dat specifiek voor de auto is ontwikkeld.
Risico op ernstig letsel bij plotseling
remmen of een botsing.
Let op dat er geen harde,
zware of scherpe voorwerpen
in de "open" bergruimtes ge-
plaatst zijn, zodat zij tegen de
inzittenden geslingerd kunnen worden
bij het rijden door een bocht, bij plotse-
ling remmen of bij een botsing..