Samenvatting van Inhoud voor Oil & Steel OCTOPUS 14
Pagina 1
Brugermanual Instruktionshandbok Håndbok Gebruikshandleiding Käyttöohjekirja Originale instruktioner på dansk Originalinstruktioner på svenska Originalinstruksjoner på norsk Originele instructies in het Nederlands Alkuperäiset käyttöohjeet suomen kielellä N° code: 5.748.011...
Pagina 3
Mobiel hoogwerkplatform Originele instructies in het Nederlands OCTOPUS 14 Codenummer: 5.748.011_ITA Edizitie: 201606 Revisie: 00 Revisie: 00 Datum: 201606 Onderwerp van de revisie: eerste uitgave.
Algemene inlichtingen ....................1.1 Doelstelling van de handleiding ...................1.1 1.2 - Identificatiegegevens van de fabrikant en van de machine .........1.1 1.3 - Symbolen ........................1.2 1.4 - Technische Assistentie Dienst ..................1.2 1.5 - Bijgesloten documenten ....................1.2 1.6 - Beperking van aansprakelijkheid .................1.2 Technische inlichtingen ....................2.1 2.1 - Omschrijving van de machine ..................2.1 2.1.1 - Hoofdbestanddelen ......................2.1 2.2 - Gebruiksbestemming ....................2.2 2.3 - Niet toegestaan gebruik ....................2.2...
Pagina 6
6.13.1 - Functionele controle van de noodknop ................6.20 6.13.2 - Functionele controle van de controle inrichting arm in ruststand (fotocellen) ....6.20 6.13.3 - Functionele controle van de stabilisatie inrichtingen ...........6.20 6.13.4 - Functionele controle lastbegrenzer werkplatform ............6.21 6.14 - Inclinatie verbetering van het werkplatform ..............6.21 6.15 - Stopzetting wegens beëindiging van het werk .............6.22 6.16 - Gebruik bij slechte weersomstandigheden ..............6.23 6.17 - Parkeren ........................6.23 6.18 - Installatie voor het aansluiten van elektrische uitrusting ..........6.24 6.19 - Ingreep van de lastbegrenzer ..................6.24 6.20 Stoppen in een noodtoestand ..................6.25 6.21...
Algemene inlichtingen - Doelstelling van de handleiding nieuwe eigenaar overmaken. Deze gebruikshandleiding bevat de inlichtingen die De inlichtingen uit dit boekje zijn in hoofdstukken nodig zijn voor de kennis en een correct gebruik onderverdeeld volgens een sequentiële volgorde van het “mobiele hoogwerkplatform” (1) (verder in van de verschillende onderwerpen. de handleiding ook wel machine genoemd). De oorspronkelijke instructies zijn door de fabri- Het doel is de bediener (2) in te lichten over de be- kant in het Nederlands geleverd.
- Symbolen - Bijgesloten documenten De symbolen toegepast in deze handleiding zijn - “EG” Conformiteitsverklaring (waar voorzien) bedoeld om gevaarlijke handelingen aan te geven. - Garantieboekje, onderhoudsprogramma en Om in een veilige toestand te kunnen werken controleregister moeten de aanwijzingen aangegeven met de vol- - Handleiding met elektrische schema’s gende symbolen altijd in acht worden genomen. - Handleiding van het voertuig GEVAAR ! Dit geeft inlichtingen of procedures aan die, indien - Beperking van aansprakelijk- ze niet strikt worden opgevolgd, de dood of ernsti- heid ge letsels veroorzaken.
Technische inlichtingen - Omschrijving van de machine Het mobiele hoogwerkplatform (3) is speciaal ontworpen en gebouwd om personen op hoogte te brengen. Het toestel bestaat uit een rupsonderwagen (als onderstel) met een uitschuifbare structuur. Aan het uiteinde van de uitschuifbare structuur is het werkplatform (4) gemonteerd. Het toestel is uitgerust met vier stabilisatoren en wordt aangedreven door hydraulische energie verkregen door een motor en een pomp. Het toestel kan aan een elektriciteitsbron gekoppeld worden om de elektrische werktuigen op het werkplat- form te kunnen gebruiken. De machine wordt geproduceerd in drie versies die onderling wegens het soort aandrijving verschillen: benzinemotor, dieselmotor en elektromotor. 2.1.1 - Hoofdbestanddelen 2.1.1 OS_A0575BD = Stabilisator 14 = 2de deel gearticuleerde stangen 15 = 2de terugslagkop = Stabilisator vijzel 3 = Frame 16 = Vijzel heffing telescopische arm...
- Gebruiksbestemming De machine is bestemd voor het verplaatsen in de hoogte van personen voor het uitvoeren van bouwhande- lingen, reparaties, controles of ander gelijksoortig werk, dit alles vanuit de binnenkant van het werkplatform. De machine mag gebruikt worden in overeenstemming met de waarden uit het “Werkgebied” diagram en uit de paragraaf “Technische gegevens”. Ieder ander gebruik dat niet in de huidigehandleiding is weergegeven is dus als niet toelaatbaar beschouwd. - Niet toegestaan gebruik Het is verboden de machine te gebruiken in een omgeving waar brandof explosiegevaar bestaat. Het is verboden met de machine op openbare wegen te rijden daar deze niet geschikt is voor het vervoer op de weg.
- Inrichtingen voor de nooddaling Handbediende noodpomp Met deze inrichting is het mogelijk, in geval van een storing van de endothermische motor en van de elektropomp, het personeel aan boord van het werkplatform naar beneden te halen en de machi- ne in de ruststand te brengen. Inlichting Het gebruik van de handbediende pomp voor- ziet de aanwezigheid van twee bedieners op de begane grond. OS_A557BD 2.5.2 - Veiligheidsinrichtingen GEVAAR ! Nooit met de veiligheidsinrichtingen knoeien.
- Hydraulische bedieningsinrichtingen A - Kleppen voor het tegenhouden van de last Deze zijn aanwezig op iedere hydraulische vij- zel en ze blokkeren de beweging van de vijzel in het geval van een breuk op de leidingen of een drukvermindering. B - Overdrukkleppen Aanwezig op alle hydraulische verdeler een- heden. Ze beperken de maximale werkdruk om over- belasting te vermijden. De kleppen zijn door de fabrikant tijdens de 2.6.2 testfase afgesteld en verzegeld en moeten OS-A0160AH niet gewijzigd worden. - Blokkeer inrichtingen A - Beveiligingsstaaf Deze voorkomt het ongewenste losraken van...
Pagina 13
- Functioneel veiligheidssysteem Het functionele veiligheidssysteem bestaat uit inrichtingen die de stand (6) van de machine controleren om de veiligheid van de bedieners en de integriteit van het toestel zelf te kunnen garanderen. 2.6.4 OS_A0580BD A - Centrale controle-unit: Ontvangt en verwerkt de signalen van de controle microschakelaars van de stabilisatiepoten en de uitschuifbare structuur om de stabiliteit van de uitrusting te waarborgen. B - Sensor detectie uitlijning uitschuifbare structuur: meet voor de uitlijning de stand op van de uitschuifbare structuur ten opzichte van de lengteas van de machine. C - Controle inrichting arm in ruststand: Deze neemt de juiste ligging van de arm in de ruststand. Bestaat uit een fotocel met lichtbundel (3) en een reflecterende fotocel (4). De de-stabilisatie van de machine is niet mogelijk als de arm niet is ingeschoven. D - Stabilisatie microschakelaars 1 - Microschakelaars daling stabilisatoren Ze nemen de correcte daling van de stabilisatoren naar de grond op.
E - Laadcel Stopt de werking van de machine indien de toegestane maximale lading op het werkplatform wordt over- schreden. - Voor een model met een dubbel werkgebied 120 kg /200 kg: Voorkomt dat het werkgebied van 120 kg kan worden betreden als op de hoogwerker een gewicht aanwezig is dat groter is dan voorzien (beweging omhoog van de jib uitgeschakeld). - Beveiligingen tegen gevaren van elektrische aard A - Thermomagnetische differentiaalschake- laar (herstelzekering) Onderbreekt de elektrische stroom in geval van stroomlekken, kortsluitingen en ontlading naar de grond. B - Schakelaar om de batterij te ontkoppelen: om het elektrische circuit te onderbreken en dus de werking van de machine te blokkeren LET OP ! Het is verboden de machine bij lopende motor te stoppen met de accuschakelaar.
- Beveiligingen OS_A0582BD 2.7.1 WAARSCHUWING ! Het gebruik van de machine zonder afschermingen is absoluut verboden. A - Afscherming bedieningen op werkplatform. B - Mobiele afschermingen stabilisatoren microschakelaars. De afschermingen zijn op alle stabilisatoren geplaatst. C - Mobiele afscherming op de elektropomp (optie). D - Mobiele afschermingen van de elektrohydraulische onderdelen op de rupsonderwagen. E - Mobiele afscherming op de endothermische motor. F - Mobiele afscherming noodbedieningen. H - Mobiele afscherming op roterende delen. L - Mobiele afschermingen op stabilisatoren vijzels.
- Veiligheidssignalen en inlichtingen WAARSCHUWING ! Neem de veiligheidsborden altijd in acht. Controleer of de veiligheidsborden altijd aanwezig en goed leesbaar zijn; als dat niet het geval is vervang ze met nieuwe borden en plaats ze op de oorspronkelijke plaats. B2 - C1 A2 - D10 -D13 D2 - D3...
Pagina 17
- Verbod borden - Gevaren borden B1 - Toegang verboden. A1 - Gebruikshandleiding. Dit bord geeft aan dat het verboden Dit bord geeft aan dat de gebruiks- is om in de werkomgeving van de handleiding geraadpleegd moet machine te verblijven. worden alvorens met de machine te werken. De borden B2-A / B2-B / B2-C / B2-D zijn bijeen- gebracht op een enkel bord met de borden C1-A / C1-B / C1-C / C1-D.
B2D - Gebruiksverbod. ST ABILIZZARE SUL TERRENO ST ABILIZE ON THE GROUND EST ABILIZAR SOBRE EL TERRENO Dit bord geeft het verbod aan ST ABILISER SUR LE TERRAIN ST ABILISIEREN AUF DEM BODEN om met het werkplatform lasten C2 - Verplichte manoeuvre. te heffen. Signaleert aan de bediener dat de kraan op een horizontaal vlak gestabiliseerd moet worden.
Pagina 19
D4 - Dit bord weergeeft: 1) de maximale hijslast; 2) het max. aantal bedieners op het werkplatform. D9 - Dit bord weergeeft de plaats van de handbe- diende noodpomp. D10 - Dit bord weergeeft de maximale belasting van het voertuig op de grond. D5 - Dit bord weergeeft het max. werkbereik van D11 - Signaleert aan de gebruiker de plaats van de machine. de tank en het soort brandstof voor de endother- mische motor.
ATTENZIONE !!! E' VIETATO AVVIARE LA MACCHINA TRAMITE UN APPARECCHIO CARICA BATTERIE RAPIDO (BOOSTER) D15 - Geeft aan dat het starten van de machine D17 - Dit bord weergeeft het verbindingspunt van met een snellader (booster) verboden is. de aarddispersie kabel aan de machine. D16 - Geeft de bevestigingspunten van de D18 - Dit bord weergeeft het smeerpunt. hijshaken op de stabilisatoren aan. - Max. helling GEVAAR ! De maximale toelaatbare werkhelling van de machine mag de waarden uit de afbeelding niet overschrijden.
2.11 - Gasemissie - Uitlaatgassen geproduceerd door de brandstofverbranding van de endothermische motor van het voer- tuig. - Verbrandingsdampen geproduceerd tijdens de bijvulling. 2.12 - Trillingen De machine is niet onderhevig aan trillingen die als schadelijk voor de gezondheid kunnen worden be- schouwd. De waarden zijn volledig irrelevant in de zwaarste gebruikscondities (minder dan 0,5 m/s2 vol- gens UNI EN 1032:2003). 2.13 - Elektromagnetische compatibiliteit / laagspanning Alle componenten komen overeen met de richtlijnen betreffende elektromagnetische compatibiliteit en la- agspanning. 2.14 - Restgevaren Gevaren van mechanische aard.
2.15 - Toebehoren 2.15.1 - Inrichting voor de controle van de horizontale stand Het systeem voor de controle van de horizontale ligging (A) (vlakheidssensor) blokkeert het gebruik van de machine als deze niet binnen de maximale vastgestelde waarde (zie “Technische gegevens”) is afgestempeld. 2.15.1 OS_A0587BD 2.15.2 - Elektropomp De eenheid bestaat uit: - een elektropomp (A) - een elektrisch bord (B). Het schakelpaneel (B) is niet aanwezig op het model met elektrische aandrijving De ze inrichting dient om de machine te activeren inde volgende gevallen: - in niet goed geventileerde ruimtes, om een te...
2.15.3 - Pneumatische voeding / water- toevoer Op verzoek wordt de machine uitgerust met een pneumatische voedingslijn voor het gebruik van gereedschappen of werktuigen op het werkplat- form. Sluit de voeding aan op de koppeling (A) en het gereedschap of werktuig op de koppeling (B). Voor de technische specifieken zie “Technische gegevens”.
Veiligheidsinlichtingen - Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING ! Lees aandachtig de inlichtingen uit deze hand- leiding door, in het bijzonder de veiligheids- voorschriften en de veiligheidsborden op de machine. 3.1.1 OS_A0175AH De bediener of bedieners op de werkplatform moet/moeten een beschermhelm dragen en moeten de veiligheidsgordel aan de daarvoor be- stemde punten vastmaken.
Pagina 26
Altijd de Verkeersvoorschriften in acht nemen, in het bijzonder de borden voor de hoogtebeperkin- gen. OS_A0178AH 3.1.4 Niet bevoegd personeel mag de machine niet ge- bruiken. OS_A0179AH 3.1.5 De inlichtingen en de betekenis van de borden op de machine in acht nemen. OS_A0180AH 3.1.6 Om de machine in gesloten ruimtes te gebruiken, de nodige voorzorgsmaatregelen in acht nemen om hoge concentraties uitlaatgassen te voorko- men. 3.1.7 OS_A0181AH...
Pagina 27
De machine niet gebruiken zonder beveiligingen. OS_A0182AH 3.1.8 Indien de machine langs openbare wegen wordt gebruikt de nodige signalen aanbrengen om de werkzone te begrenzen om in een veilige toestand te kunnen werken en om de van kracht zijnde normen in acht te nemen. OS_A0183AH 3.1.9 Terwijl u de machine manoeuvreert, moet u de af- stand tot obstakels rondom onder controle houden, bijvoorbeeld takken van bomen die in de uitschuif- bare structuur of in het werkplatform kunnen blij- ven haperen.
- Beaufortschaal - Windeffect op de Windkracht Windsnelheid binnenruimte Beaufort Windbeschrijving Km/h schaal Kalm, de rook stijgt calm van 0 tot 0,2 recht omhoog De windrichting wordt zwakke alleen aangegeven door van 0,3 tot 1,5 van 1 tot 5 luchtbeweging de rookbeweging, maar niet door de windwijzer De wind is op het lichte gezicht te voelen, de van 1,6 tot 3,3 van 6 tot 11 wind bladeren ritselen, de windwijzer beweegt Bladeren en lichte takken zwakke van 3,4 tot 5,4 van 12 tot 19...
Pagina 29
Plaats op het werkplatform geen reclameborden e.d. daar deze de kracht van de wind verhogen en dus ernstige gevaren voor de veiligheid kunnen veroorzaken. OS_A0186AH 3.1.12 Werk niet in de buurt van elektriciteitskabels. Om in de buurt van elektriciteitslijnen te werken dienen speciale instructies aan de verantwoorde- lijke persoon of aan de bevoegde autoriteiten aan- gevraagd te worden. Vraag om duidelijke aanwijzingen over hoe gehan- deld moet worden, deze aanwijzingen moeten elke keer weer doorgenomen en zorgvuldig opgevolgd worden. OS_A0187AH 3.1.13 Het is verboden de machine te gebruiken in gval...
Pagina 30
Sta niet toe dat onbevoegde personen in de wer- kruimte verblijven of deze benaderen. De bediener moet onmiddellijk de machine stilzet- ten en de personen weg laten gaan. OS_A0190AH 3.1.16 Bedien de machine niet vanuit de grond als er een persoon op het werkplatform aanwezig is, dit mag alleen in een noodtoestand gedaan worden. OS_A0191AH 3.1.17 U mag niet op het werkplatform stappen of weer eraf stappen wanneer die al uitgeschoven is als het platform niet in ruststand (*) is, of in ieder geval niet in de positie die door de constructeur is voor- zien voor het in- en uitstappen van het personeel. (*) Ruststand: positie die de mogelijkheid voorziet om de machine te destabiliseren. OS_A0192AH 3.1.18 Het is verboden de machine als hijswerktuig te gebruiken.
Pagina 31
Het is verboden met de machine voorwerpen voort te duwen. OS_A0194AH 3.1.20 Alle manoeuvres die nodig zijn om de juiste positie te bereiken moeten uitgevoerd worden door de be- diener op het werkplatform. OS_A0195AH 3.1.21 Stijg niet op de dwarsbalken van het werkplatform en gebruik geen trappen om hoger gelegen punten te bereiken. Tijdens het werk het lichaam niet uit het werkplat- form laten uitsteken of in een onevenwichtige toe- stand werken. Bewaar altijd de correcte werkhouding met de voeten op het werkplatform. 3.1.22 OS_A0196AH Gebruik de machine niet met lasten die het max. toelaatbare gewicht (personen + lading) over- schrijden, zie de technische gegevens. OS_A0197AH 3.1.23...
Pagina 32
Zorg dat het in de hoogte staande platform niet overbelast wordt met materialen of personen. Hierdoor zou de stabiliteit van de machine worden benadeeld. OS_A0198AH 3.1.24 Tijdens het werk plaats het werkplatform niet tegen andere, vaste of mobiele, structuren. OS_A0199AH 3.1.25 Voer nooit las-, boor of polijst handelingen uit die de structuur van de machine kunnen verslappen. Verwijder de loodzegels niet van de kleppen. OS_A0200AH 3.1.26 Voer nooit las-, boor of polijst handelingen uit die de structuur van de machine kunnen verslappen. OS_A0201AH 3.1.27...
Pagina 33
De machine tijdens de heffing niet laten schom- melen. OS_A0202AH 3.1.28 Alvorens op het vervoermiddel te stijgen het oprij- en het laadvlak goed schoonmaken. OS_A0203AH 3.1.29 De open machine mag op beurzen e.d. tentoonge- steld worden alleen als alle nodige voorzorgsmaat- regelen genomen zijn om ongewenste bewegingen te voorkomen. Houd rekening met de volgende punten: - de weersveranderingen (deze kunnen de toe- stand van de grond veranderen); - de wind; - eventuele hydraulische lekkages, enz.. OS_A0204AH 3.1.30 Nadat de machine gestabiliseerd is controleer of de plaat van iedere stabilisator goed op de grond steunt.
- Bevoegdheid en gedrag van de bediener Het gebruik van de machine is uitsluitend toegestaan aan het personeel met de volgende minimum eigen- schappen: - personen die beschikken over een specifieke bevoegdverklaring (*) en die een geschikte training hebben genoten; - personeel bestemd voor de onderhoudshandelingen en voor het testen (indien hun vakbekwaamheid vereist is); - inspecteurs. Alleen de bovengenoemde personen mogen het werkgebied van de machine betreden en uitsluiten voor het uitoefenen van hun taak en pas nadat de bediener of de verantwoordelijke gewaarschuwd is. (*) Professionele bevoegdverklaring in overeenstemming met de wetgeving die in het land van gebruik van de machine van toepassing is. - Bevoegdheid van de bediener - Gedrag van de bediener Om de machine te besturen zijn de volgende voor- De bediener: waarden noodzakelijk:...
Inlichtingen over deverplaatsing en deinstallatie 4.1 - Aanbevelingen voor verplaatsing en heffing Alvorens de handelingen te starten de werkruimte zodanig voorbereiden dat het heffen en het verplaatsen van de machine veilig kunnen geschieden. Tijdens de hefbewegingen en de verplaatsing moeten de personen die niet bij de werkzaamheden betrokken zijn op een veilige afstand blijven.
Pagina 36
GEVAAR ! Gebruik hefwerktuigen die geschikt zijn voor de te heffen last. Hef de machine uitsluitend op aan de punten die met borden (A) worden aangeduid. Tijdens het laden en lossen is de aanwezigheid van personen op het werkplatform absoluut verboden. UN07-3222BG 4.3.1 Om de machine te heffen op de volgende wijze handelen.
Gebruiksaanwijzingen - Gebruiksvoorzorgsmaatregele Het gebruik van de machine is uitsluitend toegestaan aan personeel met een uitdrukkelijke toestemming, met de nodige kwaliteiten, bekwaamheden en kennis (zie "Bevoegdheid en gedrag van de bediener"). Laat het mobiele knoppenbord nooit zonder toezicht en met ingevoerde startsleutel achter zodat de machi- ne niet door onbevoegd personeel gestart kan worden. Werken nooit met een beschadigd of defect mobiel knoppenbord. Zet nooit het knoppenbord van de radiozender aan in gesloten ruimtes, met een slecht zicht, om te voorko- men dat de machine gevaarlijke toestanden veroorzaakt. Bij het eerste gebruik moet de bediener verschillende bewegingen nabootsen om de nodige ervaring en know-how te verwerven. De bedieningshendels moeten geleidelijke en zacht geactiveerd worden. De bediener of bedieners op het werkplatform en die aan de grond moeten een beschermhelm dragen. De bediener of bedieners op het werkplatform moet/en de veiligheidsgordels in de specifieke punten vast- maken om de gevaren, te wijten aan arm- of machineschommelingen, door bewegingsfouten of ongewens- te contacten met aangrenzende onderdelen, te beperken. Gebruik de machine alleen voor de door de bouwer voorziene gebruiken en geen enkele inrichting wijzigen om de prestaties ervan te veranderen. Aan het begin van iedere werkdienst controleer of de hydraulische leidingen heel zijn, controleer vooral de slangen. De werkzaamheden aangeven door middel van een zwaailicht, indien aanwezig. De bediener moet onmiddellijk alle problemen of defecten aan de toezichthouder meedelen, zodra deze zich voordoen tijdens het gebruik van de machine. In geval van defecten de machine niet gebruiken. Aan het begin van iedere werkshift moet de bediener controleren of de machine in al zijn onderdelen volle- dig is en in algemeen goede staat verkeert. Verder moet de bediener de controles uitvoeren die aangegeven worden in de paragraaf “Controles vóór de opstart”. GEVAAR ! Het toegestande draagvermogen op het werkplatform niet overschrijden, om het risico te vermijden dat de structuur het begeeft of dat de uitrusting omkantelt.
6.2.2 - Beschrijving van de bedieningen van het mobiele knoppenbord Inlichting De machine kan het knoppenbord van elektrische energie voor het opladen van de accu voorzien. RPM - RPM + AUTOMATICA 200 kg 120 kg STAB DESTAB 6.2.2 OS_A0591BD Knop: voor de inschakeling van het knoppenbord. Noodstopknop (zie “Noodinrichtingen”); kan ook worden gebruikt om het knoppenbord uit te schake- len.
Pagina 42
12) Schakelaar met drie standen, waarvan één stabiel: om de in gebruik zijnde energiebronnen (endo- thermische motor of elektropomp) uit te schakelen. - Stand (A): activeert de in gebruik zijnde energiebronnen - Stand (B): schakelt de in gebruik zijnde energiebronnen uit. 13) Schakelaar met drie standen, waarvan één stabiel: voor het verhogen (met een druk op de stand RPM+) van het toerental van de motor naar een hogere snelheid (in totaal zijn drie snelheden be- schikbaar). Wanneer het hoogste toerental gekozen is, wordt met een druk op de knop automatisch naar het laag- ste toerental teruggekeerd. Voor het verlagen (met een druk op de stand RPM-) van het toerental van de motor naar een lagere snelheid.
25) Controlelampje (groen licht): igeeft aan dat het knoppenbord uitgeschakeld is. 26) Controlelampje (groen licht): geeft aan met vast licht dat de stabilisatoren goed op de grond ge- plaatst zijn. 27) Controlelampje (groen): geeft aan dat de maximale belasting van de hoogwerker = 120 kg is geactiveerd (geactiveerd op modellen met dubbel werkgebied). 28) Controlelampje (groen): geeft aan dat de maximale belasting van de hoogwerker = 200 kg is geactiveerd (geactiveerd op modellen met dubbel werkgebied). 29) Controlelampje (rood licht): geeft aan dat de nivellering van de machine niet goed is. Geeft knipperend tijdens het rijden aan dat de machine meer dan 5° helt. Deze is alleen aanwezig als de vlakheidssensor gemonteerd is. 30) Controlelampje (rood): geeft aan dat de hoogwerker is overbelast. 31) Controlelampje (groen licht): als dit lampje brandt is de uitschuifbare structuur uitgelijnd op de leng- teas van het toestel.
6.2.4 - Grondbediening panel 27) Noodstopknop (zie “Noodinrichtingen”); 28) Sleutelschakelaar met twee standen: voor de activering van de noodbedieningen bij wer- kende machine. Niet beschikbaar op alle modellen/versies. 6.2.4 OS_A0593BD 6.2.5 - Bedieningen en controlelampjes op elektrische paneel - elektropomp 29) Magnetothermische schakelaar: om het stopcontact voor het gebruik van de werktuigen op het hoogwerkplatform te voe- den.
- Elektrisch aangestuurde machine 6.3.1 - Bedieningen en lampjes OS_A0591BD 6.3.1 32 - Sleutelschakelaar: voor het voeden van de elektrische installatie van de machine. - Stand “ON”: activering elektrische installatie. - Stand “OFF”: deactivering elektrische installatie. Op het display wordt “RUN” weergegeven als de elektrische installatie van de machine door de accu's wordt gevoed. 33 - Hoofdaccuschakelaar: koppelt de accu’s van de rest van de elektrische installatie af. 34 - Accucontrole-instrument A - Wijzer: toont de lading van de accu’s (zie de schaal van “0” tot “1”).
- Controles vóór de opstart WAARSCHUWING ! De controles vóór de opstart zijn een visuele inspectie uitgevoerd door de bediener vóór iedere werkshift. Voor altijd de voorafgaande controles uit vooraleer de machine te starten. De controles moeten worden uitgevoerd om na te gaan of er problemen zijn voordat de bediener de machine gaat gebruiken.
Verzegelingen op de hydraulische inrichtingen 6.5.1 OS_A0596BD - Maximumdrukklep op verdeler op het werkplatform - Handbediende pomp - Maximumdrukklep op verdeler stabilisatorar - Maximumdrukklep op noodverdeler - Maximumdrukklep op groep "P" - Elektroklep op proportionele groep - Debietregelaar op groep "P" (verzegeld met zegellak) - Kleppen op hefcilinders (afgesloten met plastic dop of verzegeling) - Afscherming op verdeler stabilisatiepoten (met verzegelde sluitknoppen). - Starten en stoppen LET OP ! - Gebruik de elektrische startmotor continu niet langer dan 10 seconden. - De startpogingen mogen niet vlak achterelkaar uitgevoerd worden, wacht ongeveer één minuut zodat de elektrische motor kan afkoelen.
6.6.1 - Starten en stoppen van interne endothermische motor versie RPM - RPM + AUTOMATICA 200 kg 120 kg STAB DESTAB OS_A0599BD 6.6.1 Inlichting De elektropomp wordt gestart in plaats van de endothermische motor als de machine op het elektriciteitsnet is aangesloten (zie “De elektropomp opstarten en stoppen”.
Pagina 49
- De elektropomp opstarten en stoppen Inlichting Als het bedieningsbord van de elektropomp wordt aangezet, wordt automatisch de mogelijkheid om de endothermische motor te activeren belemmerd. RPM - RPM + AUTOMATICA 200 kg 120 kg STAB DESTAB 6.6.2 OS_A0600BD Om de elektropomp te starten op de volgende wijze handelen. 1) Koppel de machine aan het stroomnet.
6.6.2 - Starten en stoppen elektrische versie 6.6.3 OS_A0601BD Voor de opstarten, doorgaan zoals beschreven. 1) Verifieer of de accuschakelaar (33) niet is ingedrukt. 2) Activeer de elektrische installatie door de schakelaar (32) op "ON" te draaien. 3) Handel op de knop (7) om het knoppenbord te activeren. 4) Start de elektromotor met de schakelaar (12). 5) Draai de schakelaar (14) op "B" en activeer de bedieningen met een druk op de pedaalschakelaar (C) als de hoogwerker wordt betreden voor werkzaamheden op hoogte. De elektromotor werkt een beperkte tijd (15 seconden) om zinloos energieverbruik te voorkomen. Om te stoppen met werk zoals beschreven. 1) Stop de elektromotor (indien gestart) met de schakelaar (12). 2) Deactiveer de elektrische installatie door de schakelaar (32) op "OFF" te draaien. LET OP ! Onthoud dat u de elektrische installatie altijd uitschakelt door de schakelaar (32) op “OFF”...
- Verplaatsen WAARSCHUWING ! - Activeer de bedieningen zacht en geleidelijk om geen plotselinge bewegingen van de machine, die letsels aan de bediener of aan de personen in de omgeving zouden kunnen veroorzaken, uit te voeren. - Alle bewegingen van de machine visueel controleren door binnen de maximale wer- kstraal van de radiobesturing te blijven (zie “Technische gegevens”).
- Demontage/ Montage van het werkplatform LET OP ! Stel het gewicht van het hoogwerkplatform vast alvorens het te bewegen (zie “Techni- sche gegevens”). De wettelijke bepalingen met betrekking tot de verplaatsing van de lasten in acht nemen. 6.9.1 OS_A0602BD Voer voor de demontage de beschreven procedure uit.
6.10 - Vervoer van de machine WAARSCHUWING ! Gebruik altijd opritten van de juiste afmetingen en draagvermogen. De lengte van de opritten moet altijd een maximale helling van 20% garanderen. Bij het stijgen op en het dalen van het vervoermiddel, moet de bediener de machine absoluut vanuit de grond bedienen.
6.10.2 - Van het vervoermiddel afdalen Verricht voor de beweging omlaag de handelingen beschreven voor de beweging omhoog in tegengestelde richting. 6.11 - Afstempelen GEVAAR ! Tijdens de stabilisatie is de bediener ve- rantwoordelijk voor het beoordelen van de grondeigenschappen, hij moet risico- volle situaties vermijden en ook toestan- den die de veiligheid in gevaar kunnen brengen wegens een stabilisatie van de machine op niet geschikte oppervlakten.
Pagina 55
RPM - RPM + AUTOMATICA 200 kg 120 kg STAB DESTAB 6.11.2 OS_A0604BD Handel op de volgende wijze. 1) Start de motor. 2) Handel op de knop (7) om het knoppenbord te activeren. 3) Activeer de stabilisatiebedieningen door de schakelaar (14) op (A) te plaatsen. 4) Breng de hendels (20), (21), (22) en (23) om de stabilisatoren naar beneden te brengen totdat de controlelampjes (E) op iedere stabilisator aangaan; tijdens de stabilisatie luidt het geluidssignaal. 5) Controleer het niveau op de waterpas (A). 6) Na afloop controleer of het controlelampje (29) aan is en of het geluidssignaal niet meer luidt.
6.12 - De machine op hoogte brengen WAARSCHUWING ! Alvorens omhoog te gaan controleer of het werkplatform goed bevestigd. Beweeg de noodbedieningen even in beide richtingen zodat de hefcilinders onder druk gezet worden en vermijd eventuele ongecontroleerde bewegingen alvorens u op het platform klimt.
6.12.1 - Aanbevelingen voor het gebruik van de elektrisch aangestuurde ma- chine LET OP ! De accu’s waarborgen een nominale duur van 8 uur (bij een hypothetische gemiddelde belasting); de machinebediener moet de werkzaamheden echter zo organiseren dat het gebruik van de elektromotor en zinloos energieverbruik worden beperkt. Het wordt aanbevolen om de werkzaamheden te onderbreken en de machine op te laden als op het controle-instrument nog 2/3 streepjes worden aangegeven (zie “Elektrisch aangestuurde machine”) als een elektrische energiebron voor het opladen van de...
6.13 - Controle van de doeltreffendheid van de beveiligingen 6.13.1 - Functionele controle van de noodknop WAARSCHUWING ! Controleer de afzonderlijke werking van alle noodknoppen. 1) Stabiliseer de machine (zie “Afstempelen”). 2) Maak een willekeurige beweging en druk tegelijkertijd op de noodknop. 3) De machine moet onmiddellijk worden stilgelegd, de motor moet tegelijkertijd worden afgezet en het geluidssignaal moet worden geactiveerd. 4) Draai weer de knop, om de werking van het samenstel te hervatten. 6.13.2 - Functionele controle van de controle inrichting arm in ruststand (fotocellen) 1) Stabiliseer de machine (zie “Afstempelen”).
6.13.4 - Functionele controle lastbegrenzer werkplatform GEVAAR ! Breng het werkplatform iets omhoog, om in een veilige toestand te werken. Laad het werkplatform met een gewicht dat 20% boven het maximale toelaatbare gewicht ligt; de controlelampje (30) moet aangaan, het geluidssi- gnaal moet aangaan (zie “Bedieningen en indica- toren” in deze paragraaf) en iedere beweging moet belemmerd worden.
6.15 - Stopzetting wegens beëindiging van het werk RPM - RPM + AUTOMATICA 200 kg 120 kg STAB DESTAB 6.15.1 OS_A0608 WAARSCHUWING ! Plaats aan het einde van de werkdag (of het einde van de dag tijdens tentoonstellingen op beurzen of op openbare of particuliere terreinen) de uitschuifbare structuur in de ruststand en destabiliseer de machine.
6 Haal de veiligheidsgordel los en breng de trap omlaag (K). 7) Hef de beweegbare balk (X) op en klim via de trap (K) omlaag (neem het knoppenbord mee). 8) Beweeg de trap (H) omhoog en zet hem vast. 9) Activeer de stabilisatiebedieningen door de schakelaar (14) op (A) te plaatsen. 10) Beweeg de stabilisatiepoten helemaal omhoog om te voorkomen dat ze tijdens verplaatsingen ergens tegen kunnen botsen. 11) Handel op de schakelaar (12) om de in gebruik zijnde energiebron (endothermische motor of elektro- pomp) te stoppen. 12) Deactiveer het draagbare knoppenbord met de knop (8). 13) Handel op de schakelaar (A) om de batterij te isoleren. Draai bij de elektrische versie de schakelaar (32) op “OFF”. 6.16 - Gebruik bij slechte weersomstandigheden Koud weer - Alvorens de machine te gebruiken de olie verwarmen door enkele manoeuvres aan de grond uit te voe- ren, zonder bediener op het werkplatform. - Controleer voortdurend de laadtoestand van de batterijen. Warm weer - Vervang regelmatig de filters. - Controleer voortdurend de laadtoestand van de batterijen. Weinig licht De machine is niet voorzien van een eigen verlichting.
6.18 - Installatie voor het aansluiten van elektrische uitrusting 6.18.1 UN07-3235BG GEVAAR ! Controleer of de stroomlijn (V) en de frequentie (Hz) overeenkomen met de aangegeven waarden (zie “Technische gegevens”). Controleer of de stoomlijn voorzien is van een doeltreffende aardverbinding. De kabel voor de aardverbinding moet in een goede staat verkeren en de juiste lengte en doorsnede hebben, in overeenstemming met de geldende normen (zie de technische details in par.
6.20 - Stoppen in een noodtoestand IIn het geval van gevaar de noodstopknop indrukken om de machine onmiddellijk te stoppen. Om de machine weer te starten: 1) de oorzaak van de noodstop oplossen; 2) de noodstopknop draaien om de endothermische motor weer aan te zetten en de machine weer te starten. Inlichting Tijdens het resetten van de noodstopknop en het starten van de endothermische motor mag geen enkele bediening worden geactiveerd, omdat anders een blokkering geactiveerd wordt die het starten onmogelijk maakt.
Pagina 64
Noodbedieningen OS_A0611BD 6.21.1 - Hendel voor de bediening van het uit/inschuiven van de telescopische arm B - Hendel voor de bediening van de heffing/daling van de telescopische arm C - Hendel voor de bediening van de heffing/daling van de gearticuleerde arm - Hendel voor de bediening van de rotatie - Omschakelhendel: activeert de bedieningen (van de uitschuifbare structuur) op de hoogwerker of de noodbedieningen. Stand (1): activering van de bedieningen op het werkplatform Stand (2): activering van de noodbedieningen. 6.26...
6.21.1 - Nooddaling voor het verlenen van hulp / terugwinning aan de bediener OS_A0613BD 6.21.2 Als de bediener op het werkplatform de machine niet kan besturen, moet de bediener aan de grond: 1) Verwijder het slot (F) en draai de hendel (E) in stand (2). 2) Draai, indien aanwezig, de sleutel van de schakelaar (28) op “B” om de noodbedieningen in te schakelen. 3) Handel op de noodbedieningen om het werkplatform omlaag te brengen zoals is aangegeven in de paragraaf “Het werkplatform in de ruststand brengen”. 6.21.2 - Naar beneden brengen in noodgeval om de bediener terug te halen wanneer de machine defect is WAARSCHUWING ! Om het personeel terug te halen in geval er zich een defect voordoet, moet u de verze- gelingen (loodzegels) op bepaalde inrichtingen verwijderen;...
Inlichting Indien de bediener niet in staat is om tegelijk de handbediende pomp en de noodbedieningen aan te sturen, is de interventie van een tweede bediener op de begane grond noodzakelijk. 1) Demonteer de afscherming (D). 2) Verwijder de zegel van de pal (A) en schroef de pal los indien de solenoïde (P) van het cilindrische type is; verwijder de zegel van de pal (R) en schroef de pal aan indien de solenoïde (Q) van het vierkante type is. 3) Verwijder het slot (F) en draai de hendel (E) in stand (2). 4) Hendel van de elektroklep YV03 op stand "B"; demonteer het luik (S) voor toegang tot de elektrokleppen.
- Destabilisatie in een noodtoestand Inlichting Om de machine te destabiliseren in geval van een storing van de aandrijvingen moeten twee bedie- ners tegelijk handelen. Bedien de elektrokleppen handmatig om de machine in de noodsituatie te destabiliseren en te ver- plaatsen.
Pagina 68
Inlichting Demonteer het luik (P) voor toegang tot de elektrokleppen. YV02 YV03 OS_A0616BD 6.21.5 1) Druk op de hendel van de hoofdelektroklep (YV02/YV03) (Stand "A"). Houd de hendel tijdens mano- euvres ingedrukt. 2) Pomp olie met de handpomp (T) en bedien tegelijkertijd de hendel van de elektroklep (7) voor het versmallen van de rups. 3) Gebruik de handbediende pomp (T) om olie te pompen en druk tegelijkertijd op de cursor van de elektrokleppen van de stabilisatoren (2, 3, 4, 5).
6.22 - Dalen met het elektrische daalsysteem De elektrische daalinrichting wordt door de batterij van de machine gevoed. De inrichting voorziet alleen de werking van de volgende bewegingen “Daling van de gelede arm” en “Daling van de telescopische arm”. LET OP ! Alvorens de daling te beginnen, om eventuele botsingen te voorkomen, controleer of er geen obstakels voor de uitschuifbare structuur zijn daar het niet mogelijk is de rotatie uit te voeren.
6.23 - Brandstof vulling GEVAAR ! Als met de machine onder een sterke zonneschijn wordt gewerkt vul de brandstoftank niet helemaal vol, daar de brandstof eruit kan vloeien en vervolgens verbranden. LET OP ! De brandstof moet overeenkomen met de specifieken van de bouwer van de motor (zie handleiding van de bouwer van de motor).
Onderhoud - Voorwoord Een goed onderhoud en een correct gebruik zijn zeer belangrijk voor een goed rendement en voor een veilig gebruik van de machine. Om een constante en een regelmatige werking van de machine te garanderen en om het verval van de ga- rantie te voorkomen moet ieder onderdeel vervangen worden met originele de fabrikant reserveonderdelen. De door U gekochte of gehuurde machine heeft in de fabriek keurtests ondergaan en vóór de levering zijn de vereiste keuringen voor de juiste inwerkstelling van de machine gedaan waarbij alle nodige controles en regelingen zijn uitgevoerd. Het controleregister voor het algemeen en het bijzonder onderhoud is te vinden in het “Garantieboekje, onderhoudsprogramma, controleregister”. - Voorschriften GEVAAR ! Sta niet toe dat onbevoegd personeel aan de machine komt. Doe niets aan de machine zonder voorafgaande toestemming.
- Regelmatige controles Voor de periodieke controles zie de tabellen uit “Garantieboekje, onderhoudsprogramma, controleregister”; deze tabellen zijn een belangrijk onderdeel van de gebruikshandleiding. - Controle van de toestand van de leidingen Controleer de sluiting van de pijpverbinding en de toestand van de slang. Als de slang slijtage, breking, uitzetting, scheuren, enz. vertoont moet hij vervangen worden. UN01-0229FC 7.3.1 - Controle van olielekkages uit de hydraulische inrichting Gewoonlijk kunnen olielekkages uit de verbin- dingen worden opgelost door deze goed vast te draaien.
- Structuurinspectie Voor de controle reinig zorgvuldig de machine. Voer een algemene visuele controle van de integriteit van de structuur uit en een speciale controle van de lasverbindingen. Indien verzwakkingen en/of kleine breuken worden opgemerkt neem onmiddellijk contact op met een be- voegde werkplaats van de fabrikant. Zoals voorzien door het schema van de regelmatige controles (par. “Regelmatige controles”) laat de struc- tuurcontrole door een bevoegde werkplaats uitvoeren. - Controle van de pensluitingen Controleer dagelijks de schroeven en de spanmoeren van de penssluitingen. Als deze loszitten draai de schroeven vast met de weergegeven aanhaalkoppels. Ref. Onderdeel daNm Pensluiting schroef (M8) Pensluiting schroef (M10) Pensluiting schroef (M12) Mof M 10 x 0,75 Mof M 15 x 1...
7.12 - Reiniging van de machine GEVAAR ! Ontkoppel de machine van de elektrische stroom. Reinig de vijzelstelen om vuilophoping te voorkomen. Maak de machine met een waterstraal, onder druk, schoon; gebruik reinigingsmiddelen die toegestaan zijn door de geldende normen. Richt de waterstraal niet naar de elektrische onderdelen om deze niet te beschadigen. 7.13 - Filters Inlichting Na de eerste 20 werkuren en over het algemeen na iedere onderhoudsingreep op de hydraulische inrichting vervang de filterpatronen om de doelmatigheid van het filtreersysteem te verzekeren (zie “Filtersvervan- ging”).
7.16 - Opladen van de accu’s (versies met endothermische motor) WAARSCHUWING ! Houd nooit vlammen of vonken in de buurt van de batterij (explosief gas). De batterij bevat zeer corrosief verdund zwavelzuur. In geval van contact met huid spoel onmiddellijk af met overvloedig stromend water. De batterij in een goed geventileerde omgeving, ver van open vlammen of vonken, opla- den.
7.19 - Controle van de toestand van de rubberen rupsen Controleer de toestand van de rubberen rupsen. Vervang de rubberen rups bij een erkende werkplaats, indien de stalen kabels gebroken zijn of als de me- talen kern gebroken of versleten is of grote scheuren vertoont. UN07-3099IF 7.19.1 - Structuur van de rups: A - ingraving B - stalen kabel C - metalen kern - Mogelijke schade en oorzaken D) Breken van de stalen draden: veroorzaakt door een te hoge spanning van de rups. E) Slijten en breken van de metalen kernen: veroorzaakt door een te hoge spanning van de rups, door de tanden van het sleepwiel of door zand of steentjes tussen rups en tandwiel of tussenwielen.
7.20 - Langdurige stilstand van de machine Indien de machine voor een langere periode stil blijft: 1) reinig de machine en breng hem in de ruststand met alle vijzels gesloten. Indien dat niet mogelijk is maak de kant met de vijzelstelen die blootgesteld blijven aan atmosferische invloeden schoon en smeer ze in. 2) Parkeer de machine in een afgeschermde plaats waar alleen bevoegde personen toegang hebben. 3) Smeer alle delen die gesmeerd moeten worden in. 4) Controleer en vervang beschadigde of versleten onderdelen. 5) Controleer en verwijder eventuele vloeistof lekkages. 6) Controleer en indien nodig vul alle vloeistoffen bij. 7) Ontkoppel de batterij. 7.21 - Weer inbedrijfstelling van de machine Alvorens de machine weer in werking te stellen, na een lange periode van stilstand, voer de volgende controles en handelingen uit: 1) maak de machine helemaal schoon;...
7.23 - Oliën en smeermiddelen Meng verschillende olietypen nooit met elkaar, dit om een slechte werking van de machine te voorkomen. Voor de bijvulling gebruik alleen oliën die vooraf gefiltreerd zijn (max. filtreergraad, klasse 9, in overeen- stemming met Nas 1638-18/14 ISO 4406). - Vervuilingsgraad De aanbevolen vervuilingsgraad bedraagt 20/18/15 (volgens ISO 11171); voor machines met verde- lers met elektrische aansturing is een striktere vervuilingsgraad aanbevolen. Inlichting Verspreid de olie niet in het milieu daar deze zeer verontreinigend is. - Mineraal smeermiddelen gebruiken Smeermiddelen vergelijkingstabel Aangegeven voor toepassingstemperaturen die tussen - 5 °C en + 45 °C liggen. In geval van andere tem-...
7.24 - Smeerpunten Inlichting Voor en na iedere smeeringreep maak de smeernippels, deksels en ontluchtingsdoppen zorgvuldig schoon om te voorkomen dat het vuil het smeermiddel vervuilt. 4000 h 100 h 10 h 7.24.1 OS_A0620BM (1): Controle (2): Vervanging Hydraulische olie Olie transmissie...
Problemen, oorzaken, oplossingen - Problemen, oorzaken, oplossingen Probleem Oorzaak Oplossing Geluidsoverlast van de Onvoldoende Olie bijvullen pomp hydraulische olie Contact opnemen met de Versleten pomp technische assistentie dienst van de fabrikant Met aanstaande machine, Onvoldoende Olie bijvullen lukt het niet om de hydraulische olie stabilisatie uit te voeren Nadat de stabilisatie De last op het werkplatform De te zware last van het overschrijdt het max. is uitgevoerd voert de werkplatform verwijderen toelaatbare gewicht machine geen enkele beweging uit De stabilisatie is niet correct Stabiliseer op de correcte uitgevoerd wijze de machine Langzame en niet gelijke...
Pagina 82
Probleem Oorzaak Oplossing Tijdens het werk wordt Noodtoestand De noodprocedures de machine geblokkeerd uitvoeren om de machine en beweegt niet weer te sluiten Noodknop/pen ingedrukt De noodknop/pen ontkoppelen Na de machine weer De uitschuifbare structuur De machine op de juiste gesloten te hebben gaan is niet op de juiste wijze in wijze sluiten de stabilisatoren niet de ruststand gezet meer terug De waarnemer van Indien het groen de machine ruststand controlelampje uit is, op neemt de sluitpositie van de noodknop drukken en de arm niet waar of is de inschuif ondoeltreffend handelingen van de stabilisatorenherhalen of de sensor vervangen Het werkplatform blijft Lucht aanwezig in het Contact opnemen met de technische assistentie dienst schuin tijdens de hydraulische circuit van van de fabrikant...
- Status- en alarmcodes De display (A) weergeeft de codes van de gewone werkingsstatus van het toestel en de alarmcodes van de defecten en de storingen. Hieronder is de codelijst weergegeven. Status 8.2.1 OS_A0621BD - Codes van de gewone werking De hieronder weergegeven codes verschijnen tijdens de gewone werking van het toestel. Code Beschrijving Noodstopknop ingedrukt Werk onderstel Werk stabilisatiepoten + part hoog Werk op hoogte...
Pagina 84
- Alarmcodes De hieronder weergegeven codes verschijnen tijdens een defect of een storing van het toestel. Om de problemen op te lossen neem contact op met de fabrikant of met een bevoegde werkplaats. Code Beschrijving Controle eind. voor R Controle eind. voor L Controle eind. achter R Controle eind. achter L Incongruentie staat Eindslag armsteun Alarm GSU stabilisatie Alarm communicatie SLV vlakheidssensor Incongruentie assen CPS Overmatige inclinatie frame Alarm SLV Scanreco-afstandsbediening Incongruentie stand kolom op armsteun Minstens twee poten opgeheven tijdens werk op hoogte Armsteun opgeheven Incongruentie assen CPS Overmatige inclinatie frame AAlarm SLV Scanreco-afstandsbediening Alarm positie jib Schrijven naar FLASH mislukt Uitlezen van FLASH mislukt Schakelaar gebruik hoogwerker in verkeerde stand Keuze ongeldige software machine Softwarerelease tijdens opstarten...
Vervanging van de onderdelen Om de veiligheid van de personen te waarborgen moeten de onderdelen vervangen worden met geïsoleerde machine en onbevoegde personen moeten op een afstand gehouden worden door de nodige beveiligingen. Vervang de versleten onderdelen met originele reserveonderdelen. De fabrikant is niet aansprakelijk voor letsels aan personen of schade aan voorwerpen te wijten aan het gebruik van niet originele reserveonderdelen.
- Batterij vervangen WAARSCHUWING ! Koppel de accu af met de accuschakelaar, alvorens werkzaamheden aan de accu te verrichten. 1) Ontkoppel de klemmen van de batterij, begin met de min pool (-). 2) Vervang de batterij met een batterij met dezelfde eigenschappen. 3) Koppel de elektrische kabels weer vast, begin met de plus pool (+). De batterijen moeten verwijderd worden in overeenstemming met de van kracht zijnde wetgeving.
A.1.2 - Technische gegevens Octopus 14 met dubbel werkgebied Bedieningen.............. elektrohydr. (Rupsonderstel / stabilisat.) .................. hydr. (uitschuifbare structuur) Telescopische arm ........... met hydraulische uitschuiving Gearticuleerde arm ........... twee delen Rotatie ..............hydraulische Stabilisatoren ............gearticuleerd met hydraulische daling Max. werkbereik ............m 6,4 (120 kg) / 5,1 (200 kg) Max. werkbereik op werkplatform ......m 5,7 (120 kg) / 4,4 (200 kg) Max. werkhoogte ............m 13,9 (120 kg) / 12,4 (200 kg) Max. hoogte werkplatform vloer ....... m 11,9 (120 kg) / 10,4 (200 kg) Hoek telescopische arm ...........
A.4 - Werkplatform Het werkplatform kan uit metaal of uit kunststof materiaal (glasvezel) vervaardigd zijn. Op het werkplatform bevinden zich bevestigingspunten (A) voor bevestigingsuitrusting (in een evenredig aantal als er bedieners aan boord toegelaten zijn) en de handgreep (B) moet door de bediener worden gebruikt die niet aan de bedieningen aan het werk is om zich aan vast te houden tijdens de verplaatsingen. A.4.1 OS_A0951CB A.5 - Bevestigingsuitrusting Deze bondige aanwijzingen zijn bedoeld om de werkgever te herinneren aan zijn plicht om de werknemers reglementaire PBM (*) te verstrekken, en om de bedieners erop te wijzen dat zij die moeten dragen en ze regelmatig moeten controleren.
- Componenten van bevestigings- of valbeveiligingsuitrusting 1) Harnas (met positioneringsgordel, indien voorzien) 2) Koordje 3) Connectoren OS_A0423BB A.5.1 Raadpleeg de handleidingen met gebruiksinstructies van ieder component voor de vei- ligheidswaarschuwingen, het gebruik, het onderhoud en de inspectie van de compo- nenten van de PBM. (*) De persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) die op het hoogwerkplatform gebruikt worden, zijn van IIIe categorie (le- vensreddende PBM).
A.6 - Conformiteitsverklaring De afbeelding weergeeft een facsimile van de originele “EG” conformiteitsverklaring, afgegeven door de fabrikant samen met deze handleiding. VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING (Bijlage IIA Richtlijn 2006/42/EG) WIJ: Via G. Verdi, 22 41018 San Cesario sul Panaro Modena - ITALIA VERKLAREN GEHEEL ONDER EIGEN VERANTWOORDELIJKHEID DAT DE MACHINE: Beschrijving: Hoogwerkplatform Model: «ATD___CE» Serie nr.: «RENUMMAT» «MODESCRI»...
Pagina 101
Legenda conformiteitsverklaring A) Commerciële beschrijving van de machine B) Model van de machine C) Serienummer van de machine D) Motor model met geïnstalleerde interne verbranding E) Netto geïnstalleerd vermogen F) Nummer van het “EG” typeonderzoek afgegeven door de aangemelde instantie G) Gemeten geluidsniveau H) Gegarandeerd geluidsniveau L) Naam van de door de fabrikant gemachtigde en bevoegde persoon om de technische documenten op te stellen M) Plaats van verklaring N) Datum van verklaring P) Functie van de persoon die gemachtigd is de “EG” conformiteitsverklaring te ondertekenen Q) Handtekening van de persoon die gemachtigd is de “EG” conformiteitsverklaring op te stellen A.15...
A.7 - Verklaring betreffende keuringen uitgevoerd door de constructeur (Volgens UNI EN 280 voor hoogwerkplatforms (*) Groep B1) (*) PLE: hefbaar werkplatform (wagen + hefonderdeel) niet positief negatief uitgevoerd 1. statische test op prototype 2. overbelastingstest - (125% P): machine met lastbegrenzer - (150% P): machine zonder lastbegrenzer 3. functionele test (110% P) P: nominale lading Testresultaat Volgens de uitgevoerde opmetingen en het resultaat van de uitgevoerde tests, heeft het volgende werk- platform PLE Geen afwijkingen vertoond ........................................................................................................................................................................Opmerkingen: ......................................................................................................Controles uitgevoerd bij datum........De toezichthouder............................Stempel en handtekening ....................A.16...
Pagina 104
OIL & STEEL SPA Sede legale: Via G. Verdi, 22 41018 SAN CESARIO S/P (Mo) - Italy Tel. +39 059.93.68.11 Fax +39 059.93.68.00 http://www.oilsteel.com e-mail: info@oilsteel.com Alle rettigheder forbeholdt Med ensamrätt Alle rettigheter er reserverte Alle rechten voorbehouden Kaikki oikeudet pidätetty...