2
Wentelteefjes
Aardappelen
Gebakken aardappelen, van
gekookte aardappelen
Gebakken aardappelen van on-
gekookte aardappels
2
Aardappelkoekjes
Zwitserse rösti
Geglaceerde aardappelen
Groente
Knoflook, uien
Courgette, aubergine
Paprika, groene asperges
Stomen van groente met toe-
voeging van vet en zonder toe-
voeging van water, bijv. cour-
gettes, groene paprika
Paddenstoelen
Geglaceerde groente
Gebakken uien
Diepvriesproducten
Schnitzels
1
Cordon bleu
1
Filet van gevogelte
Chicken nuggets
Gyros
Kebab
Visfilet, ongepaneerd
Visfilet, gepaneerd
Vissticks
Patat
Roerbakgerechten, bijv. roer-
bakgroenten met kip
Loempia's
Camembert / kaas
Sauzen
Tomatensaus met groente
Bechamelsaus
Kaassaus, bijv. gorgonzolasaus 1
Ingekookte sauzen, bijv. toma-
tensaus, Bolognesesaus
Zoete sauzen, bijv. sinaasap-
pelsaus
Diversen
Camembert / kaas
Droge kant-en-klaar gerechten
met toevoeging van water, bijv.
pastapan
Croutons
Amandelen/walnoten/pijn-
boompitten
1
Regelmatig keren.
2
Duur per portie. Na elkaar braden.
3
4-8
5
6-12
4
15-25
5
2,5-3,5
2
50-55
3
15-20
1-2
2-10
3
4-12
3
4-15
1
10-20
4
10-15
3
6-10
3
5-10
4
15-20
4
10-30
4
10-30
4
10-15
4
10-15
4
10-15
3
10-20
3
10-20
4
8-12
5
4-6
3
6-10
4
10-30
3
10-15
1
25-35
1
10-20
10-20
1
25-35
1
15-25
3
7-10
1
5-10
3
6-10
4
3-15
11.5 Braadsensor inschakelen
Het lege kookgerei in het midden op de kookzone
1.
plaatsen.
Ervoor zorgen dat de diameter van de bodem
‒
van het kookgerei overeenkomt met de grootte
van de kookplaat.
De bedieningsknop indrukken en op
2.
a De lichtring van de bedieningsknop is wit verlicht.
a Na 3 seconden klinkt een geluidssignaal en de indi-
catie naast het symbool
Met de bedieningsknop het gewenste temperatuur-
3.
niveau kiezen.
→ "Adviezen voor het koken met de braadsensor",
Pagina 12
Voor deze functie zijn de temperatuurniveaus 1 t/m
5 beschikbaar.
→ "Temperatuurstanden", Pagina 12
Wanneer u een temperatuurniveau hoger dan 5
kiest, kan knippert de lichtring op de bedieningshen-
del oranje en wit en activeert het apparaat de func-
tie niet.
a De functie is geactiveerd.
a De lichtring op de bedieningsknop dimt van wit naar
oranje, zolang het apparaat opwarmt.
a Bij het bereiken van de ingestelde temperatuur
klinkt een geluidssignaal.
Doe wanneer de braadtemperatuur bereikt is eerst
4.
de olie en vervolgens de gerechten in de pan.
Keer de gerechten, zodat ze niet aanbranden.
5.
11.6 Schakel Braadsensor uit
De bedieningsknop waarmee u de temperatuur hebt
▶
gekozen op 0 draaien.
a De kookplaat schakelt uit.
a De restwarmte-indicatie brandt.
Braadsensorfunctie nl
draaien.
gaat branden.
13