Inhoudsopgave
Advertenties
AEL5
2. Algemene productinformatie
2.1. Gebruik
De elektrische lineaire servomotor type AEL5 is voorzien voor de
bediening van tweewegregelkleppen type KE, LE en JE, drie-
wegregelkleppen type QL, eventueel voorzien van een balgmem-
braanafdichting. Bij levering is de servomotor, normaal gezien,
reeds gemonteerd op de regelklep. Wordt de servomotor afzonder-
lijk geleverd, ga dan na of de voedingsspanning overeenstemt met
de beschikbare spanning en of de servomotor voldoende kracht
kan leveren om de differentiële druk over de regelklep te overwin-
nen. Zie technische documentatie voor de gedetailleerde gege-
vens.
De AEL5 servomotors zijn beschikbaar in vier toevoervariaties:
230Vac, 115Vac, 24Vac en 24Vdc, allen geschikt voor een pul-
singang (VMD of servomotor). Als extra optie kan de servomotor
een klepstandsteller ingang kaart bevatten, die een 4-20mA of 2-
10Vdc controlesignaal kan ontvangen (niet mogelijk voor de 24Vdc
toevoervariant.
Voor gegevens en referentienummers: zie Tabel 1.
Tabel 1 Series van AEL5
Kenmerk
Nomenclatuur
Product
A = servomotor
Type
E = elektrisch
Beweging
L = lineair
Serie
5
Druk (kN)
1 = 1 kN
2 = 2 kN
3 = 4,5 kN
4 = 8 kN
5 = 14 kN
6 = 25 kN
Lichthoogte (mm)
2 = 50mm (enkel AEL51_, AEL52_, AEL53_
en AEL54_ series)
Maximum snelheid 1 = 0 – 1.0mm/s
Spanning
1 = 230 Vac
2 = 115 Vac
3 = 24 Vac
4 = 24 Vdc (niet beschikbaar voor AEL56_)
Controlesignaal
F = integraal 24 V VMD (enkel voor 24 V
spanning)
G = integraal 115 V VMD (enkel voor 115 V
spanning)
J = integraal 230 V VMD (enkel voor 230 V
spanning)
Faalmode
X = geen mechanische/elektrische beveiliging
Potentiometer
A = met 1 kΩ potentiometer
S = zonder potentiometer
* Voor 0/2-10 Vdc en 0-4 – 20 mA controlesignaal moet de gepaste
klepstandsteller kaart mee besteld worden bij bestelling van het
toestel.
2.2. Werking
Door een stel slijtvaste precisietandwielen met moer en draadstang
wordt de draaiende beweging van de servomotor omgezet in een
lineaire beweging van de spindel die de kracht uitoefent op de
klep. Een klepstandaanduiding is voorzien. Op de spindel is een
anti-rotatieplaat voorzien die belet dat de spindel kan draaien en
waarop ook de schakelstang bevestigd is. De beweging van de
spindel wordt beperkt door twee eindeloopschakelaars.
De servomotor wordt op de regelklep gemonteerd met behulp van
twee montagestangen en een montageflens. De klepadaptor met
ingebouwde voorbelaste schotelveren brengt de drukbeweging
over op de klepsteel. Wanneer de klep nadert tot de zitting worden
de schotelveren stelselmatig samengedrukt zodat bij het uitschake-
len door de eindeloopschakelaar, de vereiste sluitkracht op de klep
verzekerd wordt.
SPIRAX-SARCO BENELUX
Tel. +32 9 244 67 10
info@be.SpiraxSarco.com
www.SpiraxSarco.com/global/be
Industriepark 5
info@nl.SpiraxSarco.com
www.SpiraxSarco.com/global/nl
2.3. Handbediening
Met het handwiel kan de servomotor ook manueel worden be-
diend, in geval de spanning weg zou gevallen zijn of bij installatie
(bv. montage van de motor op de klep of instelling van de einde-
loopschakelaars).
-
Het handwiel is permanent ingeschakeld en draait tijdens
normale werking bij alle modellen, uitgezonderd type
EL56_.
-
Bij het type EL56_ moet het handwiel voor manuele bedie-
ning worden ingeschakeld. Dit gebeurt door het bedienen
van de kogelvormige schakelaar op het deksel.
Bij manuele bediening mag nooit de licht-
hoogte overschreden worden.
De
handbediening
kracht bedienen.
Het negeren van deze waarschuwingen kan
schade toebrengen aan de servomotor.
Fig. 1 Handbediening
3. Installatie
Opmerking: Lees, alvorens de klep te installeren, eerst Hoofd-
stuk 1 'Veiligheidsinformatie'.
3.1. Plaatsing
De servomotor moet zodanig geplaatst worden dat het deksel ge-
makkelijk kan gedemonteerd worden. De servomotor kan in elke
stand gemonteerd worden voor zover hij niet onder de aslijn van
de regelklep ligt.
Omgevingstemperatuur: -20°C tot +60°C. Indien uitgerust met
klepstandsteller: -20°C tot +50°C. Voorzie, indien nodig isolatie om
oververhitting te voorkomen. De klasse van de servomotor is IP65,
maar enkel wanneer het deksel correct is gemonteerd. (zie para-
graaf 3.3). Het is aangeraden bij buitenopstellingen een geschikte
beschutting te voorzien.
In vochtige omgeving en bij wisselende temperaturen kan een
verwarmingsweerstand ingebouwd worden teneinde condensatie
te vermijden.
De werkmodes voor deze servomotoren zijn S2 - korte interval
werking en S4 – intermitterende werking volgens IEC 6034-1,8.
3.2. Montage van de servomotor op de regelklep
Bij levering is de servomotor normaal gemonteerd op de regelklep.
Moet de servomotor eventueel gemonteerd of gedemonteerd wor-
den, ga dan als volgt te werk:
Gebruik bij montage van de servomotor op
een klep, steeds de handbediening. Drijf de
klep nooit elektrisch aan!
9052 ZWIJNAARDE
+31 10 892 03 86
Installatie en Onderhoud
niet
met
overdreven
IM-P358-26 / CTLS-BEn-04
- 2 / 15 -
Advertenties
Inhoudsopgave
