Inhoudsopgave
Advertenties
9
Gegevens afdrukken
Met de ingebouwde printer kunt u de gegevens die zijn opgeslagen op de EFAS en op tachograafkaarten
afdrukken:
Selecteer OK g Afdruk en kies op het volgende menuniveau uit:
Dagrapport van uw chauffeurs-/werkplaatskaart (opgeslagen op de ingestoken kaart)
y
Dagrapport van de voertuigeenheid (opgeslagen op de digitale tachograaf )
y
Voorvallen en storingen van de kaart (opgeslagen op de ingestoken kaart)
y
Voorvallen en storingen van de voertuigeenheid (opgeslagen op de digitale tachograaf )
y
Snelheidsoverschrijding
y
Technische gegevens
y
Snelheidsprofiel
y
Motortoerentalprofiel
y
D1/D2 statuswijzigingen
y
Rijtijdoverzicht ( iCounter )
y
Lijst van foutcodes
y
Bevestig uw keuze met OK, kies de gewenste datum met de besturingstoetsen en bevestig met OK. De opge-
slagen gegevens worden afgedrukt. Scheur het papier af (opzij en omhoog voor een nette rand).
Wanneer twee chauffeurskaarten of een chauffeurskaart en een werkplaatskaart zijn ingestoken, moet u kiezen
van welke kaart de gegevens moeten worden afgedrukt.
Gebruik toets om het afdrukken direct te annuleren.
Gegevens kunnen niet worden afgedrukt tjdens het rijden. Wanneer het voertuig gaat rijden wordt een afdruk
direct geannuleerd. Schakel het contact niet uit tijdens het afdrukken. Het afdrukken wordt gepauzeerd wanneer
het contact wordt uitgeschakeld. Wanneer het contact langer dan 30 seconden blijft uitgeschakeld, wordt het
afdrukken geannuleerd.
Het afdrukken wordt onderbroken wanneer het papier in de printer op is. De volgende mededeling verschijnt:
Het einde van de afdruk wordt gemarkeerd. Wanneer u een nieuwe papierrol plaatst, gaat het afdrukken
automatisch door en wordt het begin gemarkeerd als vervolg van de onderbroken afdruk.
Zie voor het plaatsen van een nieuwe papierrol "EFAS Quickstart Guide".
zie ook hoofdstuk 9.1
zie ook hoofdstuk 9.2
15
Advertenties
Inhoudsopgave
