19
Trefwoordenlijst
G
Gebruik alleen na correcte inbedrijfstelling ........ 14
Gebruik volgens bestemming ............................. 11
Gebruik voor de werkzaamheden ...................... 59
Gebruiksduur van de machine ........................... 12
Gegevens voor aanvragen en bestellingen ........ 32
Geldigheid ............................................................ 6
Gevaar bij de werking van de machine op een
helling. ................................................................ 19
Gevaar door laswerkzaamheden ....................... 23
Gevaar door schade aan de machine ................ 14
Gevaren bij bepaalde werkzaamheden:
Werkzaamheden aan de machine...................... 22
Gevaren bij bepaalde werkzaamheden:
werkzaamheden aan wielen en banden ............. 23
Gevaren bij het rijden door bochten met
aangehangen machine en door de totale breedte
........................................................................... 19
Gevaren bij het rijden op de weg en in het veld . 18
Gevaren bij niet-correct voorbereide machine voor
het rijden op de weg ........................................... 19
Gevaren bij rijden op de weg.............................. 18
Gevaren door de gebruiksomgeving .................. 20
Gevarenbronnen aan de machine ...................... 21
Gevarenzone aftakas ......................................... 16
Gevarenzone bij ingeschakelde aandrijving ....... 17
Gevarenzone door nalopende machinedelen .... 17
Gevarenzone tussen trekker en machine........... 16
Gevarenzone tussenas ...................................... 16
Gevarenzone wegslingerende voorwerpen ........ 17
Gevarenzones .................................................... 15
96
H
Handkruk ............................................................ 38
Harkaandrijving .................................................. 80
Het begrip "Machine"............................................ 7
Hete oppervlakken ............................................. 22
Hete vloeistoffen................................................. 21
Hoe te handelen bij spanningsoverslag van
bovengrondse leidingen ..................................... 20
Hoe te handelen in gevaarlijke situaties en bij
ongevallen .......................................................... 24
Hoofdaandrijving ................................................ 80
Hoogte van de trekkerhefarmen instellen........... 47
Hydraulisch schakelschema ............................... 92
Hydraulische besturingsapparaten van de trekker
........................................................................... 37
Hydraulische slangen controleren ...................... 79
Hydraulische slangen vastkoppelen ................... 49
I
Inbedrijfstelling ................................................... 44
Instandhoudings- en reparatiewerkzaamheden . 22
Instellingen ......................................................... 68
K
Kinderen in gevaar ............................................. 13
Kruisverwijzingen ................................................. 6
Kwalificatie van het bedieningspersoneel .......... 12
Kwalificatie van het vakpersoneel ...................... 13
L
Lawaai kan gezondheidsschade veroorzaken ... 21
Lijsten en verwijzingen ......................................... 6
Originele handleiding 150000678_02_nl
KWT 1300