nl Reinigingsondersteuning "humidClean"
LET OP!
Als de zelfreinigende oppervlakken niet regelmatig wor-
den gereinigd, kan dit leiden tot schade aan de opper-
vlakken.
Als op de zelfreinigende oppervlakken donkere vlek-
▶
ken zichtbaar zijn, de ovenruimte opwarmen.
Geen ovenreiniger of schurende reinigingsmiddelen
▶
gebruiken. Wanneer er per ongeluk ovenreiniger op
de zelfreinigende oppervlakken terechtkomt, direct
afdeppen met water en een vaatdoekje. Niet wrijven.
1.
Haal de accessoires en vormen uit de binnenruimte.
De rekjes losmaken en uit de binnenruimte nemen.
2.
→ "Rekjes", Pagina 35
Grove verontreinigingen met zeepsop en een zachte
3.
doek verwijderen:
– van de gladde emaille oppervlakken
– van de apparaatdeur binnen
– van de glazen afdekplaat van de ovenlamp
Zo voorkomt u niet verwijderbare vlekken.
Reinigingsondersteuning "humidClean"
19 Reinigingsondersteuning "humidClean"
De reinigingsondersteuning "humidClean"
Reinigingsondersteuning "humidClean"
snel alternatief voor de reiniging van de binnenruimte
tussendoor. De reinigingsondersteuning weekt veront-
reinigingen door het verdampen van zeepsop in. Ver-
ontreinigingen kunnen vervolgens gemakkelijker wor-
den verwijderd.
19.1 Reinigingsondersteuning instellen
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
Door water in de hete binnenruimte kan hete water-
damp ontstaan.
Nooit water in de hete binnenruimte gieten.
▶
Opmerking: De ovenlamp brandt niet tijdens de reini-
gingsondersteuning.
Vereiste: De binnenruimte is volledig afgekoeld.
Verwijder de accessoires uit de binnenruimte.
1.
2.
LET OP!
Gebruik van gedestilleerd water in de binnenruimte
leidt tot corrosie.
Geen gedestilleerd water gebruiken.
▶
0,4 l water met een druppel afwasmiddel mengen
en in het midden op de bodem van de binnenruimte
gieten.
Druk op "Reiniging".
3.
Druk op "humidClean".
4.
De tijdsduur kan niet worden gewijzigd.
Druk op
.
5.
a Op het display verschijnt een aanwijzing voor de
noodzakelijke voorbereidingen voor de reinigingson-
dersteuning.
Ontkalken
20 Ontkalken
Voor een goede werking dient u het apparaat regelma-
Ontkalken
tig te ontkalken.
30
Voorwerpen uit de binnenruimte halen. De binnen-
4.
ruimte moet leeg zijn.
Verwarmingsmethode 4D-hete lucht instellen.
5.
Maximale temperatuur instellen.
6.
7.
In werking stellen.
Na 1 uur het apparaat uitschakelen.
8.
Wanneer het apparaat goed is afgekoeld, de bin-
9.
nenruimte met een vochtige doek afnemen.
Opmerking: Op de zelfreinigende oppervlakken
kunnen vlekken ontstaan. Resten van suikers en ei-
witten in levensmiddelen worden niet afgebroken en
blijven hechten aan de oppervlakken. Roodachtige
vlekken zijn resten van zouthoudende levensmidde-
len, de vlekken zijn geen roest. De vlekken zijn niet
gevaarlijk voor de gezondheid. De vlekken hebben
geen invloed op het reinigende vermogen van de
zelfreinigende oppervlakken.
De rekjes inhangen.
10.
→ "Rekjes", Pagina 35
is een
Bevestig de aanwijzing.
6.
a De reinigingsondersteuning start en de tijdsduur
loopt af.
a Wanneer de reinigingsondersteuning is beëindigd,
klinkt er een signaal. Op het display verschijnt een
aanwijzing, dat de werking is beëindigd.
Schakel het apparaat uit met
7.
→ "Binnenruimte na de reinigingsondersteuning rei-
8.
nigen", Pagina 30.
19.2 Binnenruimte na de
reinigingsondersteuning reinigen
LET OP!
Wanneer er langere tijd vocht aanwezig is in de binnen-
ruimte ontstaat er corrosie.
Na de reinigingsondersteuning de binnenruimte uit-
▶
vegen en volledig laten drogen.
Laat het apparaat afkoelen.
1.
Het resterende water in de binnenruimte met een
2.
goed opnemende sponsdoek opnemen.
Reinig gladde emailoppervlakken in de binnenruim-
3.
te met een schoonmaakdoekje of zachte borstel.
Verwijder hardnekkige resten met een schuurspons-
je van roestvrij staal.
Verwijder kalkranden met een in azijn gedrenkte
4.
doek en daarna met schoon water afnemen.
De binnenruimte drogen met een zachte doek.
5.
Om de binnenruimte volledig te laten drogen, de ap-
6.
paraatdeur ca. 1 uur open laten of de functie "Dro-
gen" gebruiken.
→ "Drogen instellen", Pagina 31
Hoe vaak het ontkalkt moet worden is afhankelijk van
de keren dat er stoom is gebruikt en van de waterhard-
heid. Zodra de stoomfunctie nog 5 of minder keer kan
.