De bedieningsmodus van de printer aanpassen
Uitgebreide Handleiding
>
De printerinstellingen wijzigen
bedieningsmodus van de printer aanpassen
De bedieningsmodus van de printer aanpassen
Indien nodig kunt u schakelen tussen verschillende bedieningsmodi van de printer.
De procedure voor het configureren van instellingen is als volgt:
Aangepaste instellingen
1.
Open het
eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma
2.
Zorg dat de printer is ingeschakeld en klik op Aangepaste instellingen (Custom
Settings) op het tabblad Onderhoud (Maintenance)
Het dialoogvenster Aangepaste instellingen (Custom Settings) wordt geopend.
Opmerking
Als de printer uit staat of bidirectionele communicatie is uitgeschakeld, kan een bericht
verschijnen omdat de computer de printerstatus niet kan vaststellen.
Als dit gebeurt, klikt u op OK om de meest recente instellingen op de computer weer te geven.
3.
Geef desgewenst de volgende instellingen op:
Schuring van papier voorkomen (Prevent paper abrasion)
Bij het gebruik van een hoge dichtheid kan de ruimte tussen de printkop en het papier worden
vergroot om schuring van het papier te voorkomen.
Selecteer deze optie als u deze functie wilt gebruiken.
Koppen handmatig uitlijnen (Align heads manually)
De functie Uitlijning printkop (Print Head Alignment) op het tabblad Onderhoud (Maintenance) is
normaal gesproken ingesteld op automatische uitlijning. U kunt dit echter wijzigen in handmatige
uitlijning. Als u een automatische printkopuitlijning uitvoert en het afdrukresultaat nog steeds niet
naar wens is, ziet u '
Handmatig uitlijnen van de printkop
Schakel dit selectievakje in om de printkop handmatig uit te lijnen.
Onderhoud inktkwaliteit automatisch uitvoeren (Execute ink quality maintenance automatically)
Met deze functie wordt de inkt met vaste intervallen gemengd, zodat de inktdichtheid gelijkmatig blijft.
Schakel dit selectievakje in om het onderhoud van de inktkwaliteit automatisch uit te voeren.
Belangrijk
Normaal gesproken schakelt u dit selectievakje in wanneer u de printer gebruikt.
Wanneer u deze functie uitschakelt, dient u met regelmatige intervallen Onderhoud inktkwaliteit
(Ink Quality Maintenance) uit te voeren op het tabblad Onderhoud (Maintenance).
Papierbreedte detecteren (Detect paper width)
Hiermee detecteert u de breedte van het geplaatste papier tijdens het afdrukken.
Wanneer de papierbreedte die door de printer wordt gedetecteerd smaller is dan de breedte die is
opgegeven in Paginaformaat (Page Size) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup), wordt een
bericht weergegeven en wordt het afdrukken gestopt.
Schakel dit selectievakje in om de papierbreedte te detecteren.
Belangrijk
Wanneer u een aangepast papierformaat gebruikt om af te drukken, geeft u het juiste
papierformaat op in het dialoogvenster Aangepast papierformaat (Custom Paper Size).
>
Printerinstellingen vanaf uw computer wijzigen
' en voert u handmatige uitlijning uit.
Pagina 356 van 486 pagina's
> De