Scherpstelstand
R De camera kan de scherpstelafstand in meters of feet aangeven. Gebruik de optie A SCHERM SET-UP > EENHE-
DEN AF-SCHAAL van het instellingenmenu (P 101) om de gebruikte eenheden te kiezen.
R Als AAN is geselecteerd voor G AUTOFOCUS INSTELLING > PRE-AF in het opnamemenu (P 87), focus zal con-
tinu aangepast worden in de standen S en C zelfs wanneer de ontspanknop niet wordt ingedrukt.
■ De scherpstelaanduiding
De scherpstelaanduiding wordt groen wanneer op het onderwerp is scherpgesteld en
knippert wit wanneer de camera niet in staat is om scherp te stellen. Beugels ("( )")
geven aan dat de camera aan het scherpstellen is en worden continu weergegeven
in stand C terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt. j wordt weergegeven in de
handmatige scherpstelstand.
Scherpstelling controleren
Scherpstelling controleren
Om in te zoomen op het huidige scherpstelgebied (P 58) voor precieze scherpstelling, drukt u op het
midden van de secundaire commandoknop. Druk opnieuw om het zoomen te annuleren. In de hand-
matige scherpstelstand kan het zoomen worden aangepast door aan de instelschijf te draaien wanneer
STANDAARD of FOCUS PIEK HIGHLIGHT wordt geselecteerd voor c HF ASSISTENTIE, terwijl als AAN
is geselecteerd voor A SCHERM SET-UP > SCHERPSTELLOEP zal de camera automatisch inzoomen op
het geselecteerde scherpstelgebied wanneer aan de scherpstelring wordt gedraaid. Scherpstelzoom is niet beschik-
baar in de scherpstelstand C of wanneer
r ENKEL PUNT is geselecteerd voor G AUTOFOCUS INSTELLING > SCHERFSTELLING.
56
G
AUTOFOCUS INSTELLING > PRE-AF aan is of een andere optie dan
P
4000 5.6
400
Scherpstelindicator