De batterij en een geheugenkaart plaatsen
De batterij en de geheugenkaart verwijderen
De batterij en de geheugenkaart verwijderen
Voordat u de batterij of de geheugenkaart verwijdert,
moet de camera worden uitgeschakeld, waarna het af-
dekkapje van het batterijencompartiment kan worden
geopend.
Druk de batterijvergrende-
ling opzij om de batterij vrij te
geven en laat de batterij uit de
camera glijden.
Q De batterij kan warm worden bij gebruik in omge-
vingen met hoge temperaturen. Wees voorzichtig
bij het verwijderen van de batterij.
De geheugenkaart kan wor-
den verwijderd door de kaart
omlaag te drukken en langzaam
omhoog te laten komen. De
geheugenkaart kan nu met de
hand worden verwijderd. Bij het
verwijderen van een geheugen-
kaart kan de kaart te snel worden uitgeworpen. Gebruik
uw vinger om deze tegen te houden en laat de kaart
zachtjes los.
Q Druk op het midden van de kaart wanneer u het
uitwerpt.
16
Batterijvergrendeling
Q Q Batterijen
Batterijen
• Maak de polen van de batterij schoon met een schone,
droge doek. Doet u dit niet, dan kan de batterij mogelijk
niet worden opgeladen.
• Plak geen etiketten of andere voorwerpen op de bat-
terij. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaat-
regel kan het verwijderen van de batterij uit de camera
onmogelijk maken.
• Voorkom dat de batterijpolen worden kortgesloten.
Anders kan de batterij oververhit raken.
• Lees de voorzorgsmaatregelen in "De batterij en voe-
ding" (P iv).
• Gebruik alleen een voor de batterij voorgeschreven bat-
terijlader. Anders kan de batterij en/of de batterijlader
defect raken.
• Probeer niet de etiketten van de batterij te halen of de
behuizing te openen.
• De batterij verliest geleidelijk haar lading, zelfs wanneer
de batterij niet wordt gebruikt. Laad de batterij een of
twee dagen vóór gebruik op.