H
ANDLEIDING PNEUMATISCHE AANDRIJVINGEN
D1-6 Duurzaamheid
Het ontwerp van de aandrijving conform EN 15714-3, tabel 1, is gebaseerd op de typecontrole van de
aandrijving tijdens een duurtest bij 60% van het nominale vermogen onder laboratoriumomstandigheden.
Het hangt van de bedrijfsomstandigheden af, met name van de druk en de zuiverheid van de perslucht, of
en wanneer onderhoud moet worden uitgevoerd op de aandrijving:
In de regel geldt dat het onderhoudsinterval van een aandrijving duidelijk langer is dan het
onderhoudsinterval van de armatuur:
► Als onderhoud wordt uitgevoerd op de armatuur, dient de aandrijving
minimaal te worden gecontroleerd op een storingsvrije werking en dient dit te worden
gewaarborgd.
D1-7 Handmatige bediening in noodgevallen
De handmatige bediening in noodgevallen met een extra transmissie met vrijloop is niet standaard voor
pneumatische aandrijvingen.
D1-8 Inbouwpositie
De inbouwpositie van de eenheid armatuur/zwenkaandrijving kan willekeurig worden bepaald.
► Plaatsing boven de armatuur is gebruikelijk voor een aandrijving,
► eventueel beperkt de bouwwijze van de armatuur de mogelijke inbouwposities,
► bij horizontale positie van de armatuuras bij een aandrijving met een extra handmatige aandrijving moet
de installatieplanner of de fabrikant van de armatuur beslissen of een aandrijving een ontoelaatbaar
draai-
moment uitoefent op de armatuur en/of de pijpleiding en moet worden ondersteund.
D1-9 Corrosiebescherming
Conform de norm EN 15714-3 voor pneumatische aandrijvingen voldoet deze aan corrosiecategorie C4.
D2
Optionele toevoegingen
D2-1 Magneetklep
Op verzoek van de klant kan een magneetklep worden meegeleverd en direct gemonteerd. Voor deze klep
moeten het fabricaat, de spanning en het type van de elektrische voorziening (DC of AC) worden
vastgelegd.
D2-2 Eindschakelaar (voor positiemelding)
Op verzoek van de klant kunnen 2 (of meer) eindschakelaars voor terugmelding van "OPEN" en "DICHT"
worden meegeleverd en direct gemonteerd. Voor de magneten moeten fabricaat, spanning en type van de
elektrische voorziening (DC of AC) worden vastgelegd.
D2-3 Handmatige bediening in noodgevallen (met extra transmissie)
Naar wens van de klant kan een wormaandrijving met handmatig in te schakelen koppeling op de
zwenkaandrijving worden gemonteerd.
Pagina 16 van 19
EB
.1 SYD
EB
.1 SYS
X
EN
X