Waarschuwingen
Let op: mogelijke interferentie met een geïmplanteerde
pacemaker
Bij patiënten met een geïmplanteerde pacemaker mag niet gewacht
worden met therapie. Wanneer de patiënt bewusteloos is of niet
ademt, moet een poging worden gedaan om te defibrilleren.
De AED is uitgerust met een voorziening om een pacemaker te
detecteren en te negeren. Bij bepaalde pacemakers geeft de
AED echter mogelijk niet het advies een defibrillatieschok toe
te dienen.
Bij het plaatsen van de elektroden:
•
•
Let op: verplaatsen van de patiënt tijdens de hulpverlening
Duwen en trekken, of veelvuldig verplaatsen van de patiënt tijdens
een reddingsactie kan tot gevolg hebben dat de AED's niet correct
het hartritme van de patiënt analyseren. Stop alle bewegingen en
trillingen voordat u een reddingsactie gaat ondernemen.
Powerheart® AED G3 Pro 9300P
Plaats de elektroden niet direct boven een geïmplanteerd
apparaat.
De elektrode minstens 2,5 cm van geïmplanteerde
apparaten plaatsen.
70-00969-15 C
3-5