Picto-
Gebruik
gram
1
km/h
Snelheidseenheid
2
Pictogram rijverlichting
3
Acculaadtoestand
4
00:00
Tijdweergave
5
Geselecteerd ondersteuningsniveau
6
Prestatieanalyse
7
Eigen vermogen
8
Motorvermogen
9
Oriëntatiebalk
10
Snelheid
Tabel 24: Overzicht displayweergaven
Statusbalk
De weergaven snelheidseenheid (1),
acculaadtoestand (3), tijd (4) en het pictogram
rijverlichting (2) vormen de statusbalk en worden
op elke scherm weergegeven.
3.6.4.2 Statusscherm
Vanuit het S TA R T SC H E R M komt u bij het
S T A T U S S C H E RM met de terugbladertoets.
Op het S T AT U S SC H E R M worden naast de
statusbalk, de huidige tijd en de laadtoestand van
alle accu's van de pedelec weergegeven.
Daaronder worden pictogrammen getoond voor
weergave van een geactiveerde Bluetooth®-
functie of van een via Bluetooth verbonden
apparaat (bv. een hartslagmonitor).
Onderaan hebt u toegang tot de
I N S T E L L I N G EN .
3.6.4.3 Snelmenu
Via het S N E L M E N U worden geselecteerde
instellingen weergegeven, die ook tijdens het
rijden kunnen worden aangepast.
Toegang tot het S N EL M E N U is mogelijk via de
selectietoets op de bediening. Vanuit het
S T A T U S S C H E RM is toegang niet mogelijk.
MY21Z01 - 26_1.0_10.03.2020
Via het snelmenu kunt u de volgende instellingen
uitvoeren.
RESE T RI TDATA
[ D D . M M. J J ]
E SHI F T
3.6.4.4 Acculaadtoestand
Wanneer het display uit de houder wordt
genomen, blijft de laatst weergegeven
acculaadtoestand behouden.
De acculaadtoestand kan worden afgelezen op
het statusscherm en op de statusbalk. De
laadtoestand van de accu kan tevens worden
afgelezen aan de hand van de LED's op de accu.
Kleur van de
Toelichting
weergave
wit
De accu is meer dan 20% opgeladen.
geel
De accu is meer dan 5% opgeladen.
rood
De ondersteuningscapaciteit voor de
aandrijving is verbruikt en de ondersteuning
wordt uitgeschakeld. De resterende capaciteit
wordt gebruikt voor de rijverlichting en het
display.
De capaciteit van de accu is nog voldoende
om de rijverlichting ongeveer 2 uur te laten
branden. Dit is zonder rekening te houden met
andere verbruikers (bv. eShift, opladen van
externe apparaten op de USB-aansluiting) die
de gebruiksduur kunnen reduceren.
Wanneer de accu op de pedelec wordt opgeladen,
wordt een betreffende melding weergegeven.
3.6.4.5 Ondersteuningsniveau
Hoe hoger het niveau van de trapondersteuning
wordt geselecteerd, hoe meer het aandrijfsysteem
de berijder ondersteunt bij het trappen. Voor
aandrijvingen van de Performance Line CX is
tevens "eMTB mode" beschikbaar. In "eMTB
mode" worden de ondersteuningsfactor en het
koppel dynamisch aangepast, afhankelijk van de
trapkracht op de pedalen. Indien de pedelec is
voorzien van eMTB mode, verschijnt kort "eMTB
mode" wanneer het ondersteuningsniveau
"SPORT" wordt geselecteerd
Overzicht
Toelichting
Alle rijgegevens met betrekking
tot de tot dan toe afgelegde
afstand worden gereset naar nul.
Bijvoorbeeld trapfrequentie of
wegrijversnelling instellen. De
wegrijversnelling kan worden
ingesteld bij de instellingen
onder <Mijn eBike>→ <eShift>.
31