23
Reparatie, onderhoud en instellingen door vakpersoneel
23.9
Dubbele knoopinrichting instellen
Klemwerking verkleinen
Om een knoop te kunnen binden, heeft de knopertong (1) van de knoperhaak (4) minstens een
geringe klemwerking nodig. Daarom de klemwerking via de moer (2) nooit volledig losmaken.
Om een gevoel voor de aanwezige voorspankracht te krijgen, een schroevendraaier (5)
onder de knopertong (1) zetten en door verdraaien van de schroevendraaier de aanwezige
spanning bepalen.
De moer (2) ca. 60° losdraaien.
De schroevendraaier (5) opnieuw onder de knopertong (1) zetten en door verdraaien van de
schroevendraaier de nieuwe ingestelde spanning controleren.
Æ De nieuwe spankracht is geringer.
23.9.3
Draadhouder instellen
BPG000-039
ü De machine is stopgezet en beveiligd,
ü De knoperas is geborgd,
De functie van de touwmeenemer (2) hangt af van de positie van hun inkepingen tegenover de
touwschijfreiniger (1). De touwmeenemer (2) is in de fabriek op maat X=0–2 mm vooraf
ingesteld.
Is de inkeping van de touwmeenemer (2) te ver naar voren gezet (met de klok mee), kan het
door de knopernaald aangevoerde perstouw niet door de touwmeenemer worden opgepakt.
Is de inkeping van de touwmeenemer (2) te ver naar achteren (tegen de klok in) ingesteld, kan
het touw op de knoperhaak worden gewikkeld of niet door de knopertong worden opgepakt.
Instellen
ü De inkeping van de touwmeenemer (2) bevindt zich in de getoond stand.
De moer (3) losdraaien tot de moer (3) aansluit op het schroefdraadeinde van de vijzel.
Met een lichte slag tegen de moer (3) de vijzel losmaken.
De vijzel draaien tot de maat X=0–2 mm bedraagt.
De moer (3) vastdraaien.
Controleren
Om de correcte plaats van de inkeping te controleren, minstens twee keer binden,
Pagina 135.
338
zie
Pagina 30.
zie
Pagina 119.
BiG Pack 1290 HDP VC
Originele handleiding 150000743_04_nl
zie